Er gaat bijna geen dag voorbij zonder dat de media ons voorhouden dat het geklungel met auto’s in het verkeer in de nabije toekomst opgelost zal worden. Met dank aan sensoren, verfijnde navigatie en niet te vergeten kunstmatige intelligentie, zodat de auto in alle situaties zelfstandig en veilig de weg weet te vinden.
Pim van der Veer: de autonome auto is een vreemde eend in de bijt.
Is immers niet afdoende aangetoond dat auto’s heel best zonder bestuurder kunnen rijden? Zeker, mits op trajecten die vooraf in kaart zijn gebracht. Voorzien van correcte strepen op de weg. En liefst met voorspelbare andere verkeersdeelnemers. Maar zodra dergelijke testvoertuigen worden losgelaten in het échte dagelijks verkeer doen zich voortdurend situaties voor die niet geprogrammeerd zijn. ‘Ja, dat vergt nog enige verdere verfijning’, reageren dan de ingenieurs, die hun professionele lot verbonden lijken te hebben aan het welslagen van de autonoom rijdende auto.
Intussen reageer ik al weer jaren op artikelen over dit onderwerp, bijvoorbeeld in het Duitse vakblad Automobilwoche. Telkens breng ik nieuwe argumenten voor mijn stelling dat autonoom rijden een fata morgana zijn. Je kunt experimenteren wat je wil, voor een praktisch product heb je een grootschalige toepasbaarheid nodig – en die situatie wordt nooit bereikt. Waarom niet? Omdat de onderzoekers en ontwikkelaars trachten de rol van het menselijk bewustzijn bij het besturen van een auto uit te sluiten. En deze willen vervangen door kunstmatige intelligentie (KI) of door, buiten onze landsgrens, artificial intelligence (AI).
Als u achter het stuur plaatsneemt, concentreert u zich op de eindbestemming en uw route in het verkeer daarnaar toe. Om het er levend af te brengen, neemt u onderweg voortdurend de wisselende situaties waar. Dat opletten kan je omschrijven als calculeren wat de mogelijkheden of onmogelijkheden zijn. Daarbij is er bijna altijd oogcontact met de overige verkeersdeelnemers, of ze zich nu te voet, op de fiets of in de (vracht)auto voortbewegen dan wel opvallen door hun gedrag. Door voorrang te verlenen of het te nemen, op teken van een andere, galante verkeersdeelnemer, is soepel voortbewegen in druk verkeer goed mogelijk. Tegenwoordig is bijna elk vorm van wegverkeer druk, tenzij je met een SUV over een bospaadje rijdt. Doorlopend neemt uw bewustzijn een beslissing over het gewenste rijgedrag, en geeft eventuele correctiesignalen door aan het lijf. Die coördinatie van handen en voeten gaat alleen bij de eerste rijlessen stroef. Met enige kilometerervaring op zak verloopt dat hele proces van bewustzijn naar handelen vrijwel zonder vertraging – en naar bevinden.
Onderzoeken wijzen uit dat enkele tientallen procenten van de mensen nieuwsgierig zijn naar de mogelijkheden van autonoom rijdende auto’s. In Nederland wensen zelfs (vrouwelijke) ministers van Verkeer actief de ontwikkeling van zich zelfstandig voortbewegende voertuigen te bevorderen. Of zij daarmee een bedrijfstak in leven willen houden die ADAS-systemen ontwikkelt? Het is een mogelijkheid. ADAS staat voor Advanced Driver Assistance Systems. Daar is in principe niets tegen. Automatische transmissie, automatische ruitenwissers, objectsignalering bij manoeuvreren, automatisch inparkeren, intelligente cruisecontrol – prachtig allemaal. Maar daarmee groeit het risico dat de persoonlijke concentratie op het verkeer tijdens de rit of de reis verslapt. Ongelukken met de Auto Pilot van Tesla hebben aangetoond dat de bestuurder niet of te laat ingreep toen onderweg plots iets verkeerd ging. Daarbij komt dat een autonoom rijdende auto voor de overige verkeersdeelnemers een vreemde eend in de bijt is. Een ‘Fremdkörper’ met een onvoorspelbaar gedrag, zonder mogelijkheid tot contact met de bestuurder.
Dat al die fraaie techniek ook contraproductief kan zijn, toont het gisteren gepubliceerde onderzoek van Automotive Insiders en Oude Essink Business-Advies aan. We hebben allerlei vernuftige foefjes tot onze beschikking, maar ze maken ons minder alert. Eerder deze zomer sprak hoofdredacteur Carlo Brantsen van Carros Magazine in het NOS-journaal over autonoom rijdende auto’s. Hij gaf verschillende argumenten waarom hij er niet in gelooft. Rijdend in een mooie Mercedes, bijna oldtimer, zei hij vanachter het stuur dat hij in de afgelopen paar minuten onderweg wel drie of vier situaties was tegengekomen waar een autonoom rijdende auto zich geen raad mee had geweten. Nee, dat zei hij niet vanwege zijn plezier in oude auto’s, maar om te onderstrepen dat je als bestuurder je hoofd bij je verkeersdeelname moet houden. Dat geldt voor iedereen, ongeacht het voertuig waarin iemand zich voortbeweegt.
Kortom, autonoom rijdende auto’s zijn technologisch speelgoed waar veel slimme mensen een dikke boterham aan verdienen. Maar voor de automobielindustrie als geheel zijn ze als toekomstig verdienmodel een fata morgana.
Pim van der Veer, sinds 1957 schrijvend over de automotive industrie.
Jan Harm Metting on Landelijke staking donderdag en vrijdag: “Je zal maar bij voorbeeld een garagebedrijf exploiteren met een 6 tal medewerkers die allemaal een verschillende wens hebben. Wie…” mrt 26, 16:58
Autoservice de stollenberg on Pand Excluparts bij brand verwoest: “De ochtend na de brand even wezen kijken naar de totale verwoesting en met wat van de medewerkers gesproken ,…” mrt 19, 15:39
mike masselink on Ruud Goettsch overleden: “…….. Heel veel sterkte toegewenst aan de familie met dit grote verlies, veel te jong…. ik kende Ruud uit zijn…” mrt 14, 16:10