Bandenketen Bandenprof bestaat dit jaar vijf jaar. Voortgekomen uit Point S drukt Bandenprof als vierde partij in Nederland als het gaat om de zakelijk gestuurde bandenmarkt, na Profile, Euromaster en Kwik-Fit, nadrukkelijk zijn neus aan het venster.
Merijn Ruijter (31) is sinds twee jaar verantwoordelijk voor het beheer van de franchise. Op het moment dat we hem spreken, staat de teller op 83 aangesloten bandenspecialisten. “Dat moeten er uiteindelijk zo’n 120 worden. We zoeken daarbij naar bedrijven die kwalitatief het juiste niveau kunnen bieden. Ze moeten dus goed opgeleid personeel hebben, dat in staat is om niet alleen banden te monteren, maar dat ook professioneel kan balanceren en uitlijnen. De bedrijven moeten daarbij over een goede wachtruimte beschikken en internet kunnen aanbieden. Natuurlijk letten we erop dat vestigingen niet te dicht bij elkaar zitten. Als bedrijven kiezen voor Bandenprof, kiezen ze vaak ook voor het Nokian authorized dealer-programma. En als vestigingen dan te dicht bij elkaar zitten, zijn ze elkaars concurrenten, terwijl wij in de huidige marktsituatie juist de noodzaak zien van samenwerken, natuurlijk om de zakelijke markt te kunnen bewerken, maar ook op het gebied van promotie en publiciteit.”
Verdieping
Elk auto- en bandenservicebedrijf weet dat de marges op banden klein zijn. Bandenserviceketens als Profile, KwikFit en Euromaster zijn in het verleden dan ook bezig geweest om hun diensten uit te breiden naar ‘gewone’ garage-activiteiten. Hoe positioneert Bandenprof zich op dat gebied? Merijn Ruijter: “Ik geloof niet dat je door verbreding alleen overeind kunt blijven. Als je min of meer een universele garage wordt, kom je in een veld terecht waar de concurrentie zeker zo hevig is, met alle garageformules die je daarvoor al hebt. Je moet investeren in equipment, in kennis… Je hebt dan ook een heel ander type medewerker nodig. Neem daarbij wat er in de markt staat te gebeuren, waaronder de elektrificatie van het wagenpark en de shift van bezit naar gebruik van de auto. Wij geloven meer in verdieping van het aanbod, richting onderstelspecialist. Dan kun je je onderscheiden, bijvoorbeeld door kennis van ADAS.”
“Vroeger ging 65 procent van de totale bandenomzet naar de bandenspecialisten. Dat is gekelderd naar 25?procent.”
Om Bandenprof te kunnen worden, moet een ondernemer wel bereid zijn iets van zijn eigen identiteit op te geven. Dat is complex, heeft Merijn Ruijter ervaren. “We verwachten niet dat ze hun hele zaak meteen helemaal in de look & feel van Bandenprof laten omzetten, maar de zakelijke markt vraagt wel om herkenbaarheid. Ook de consument moet herkennen dat het bedrijf een partner is van de Bandenprof-organisatie.”
Het bedrijf krijgt daar uiteraard wat voor terug. “Als ik kijk naar de honderd, honderdvijftig zelfstandige bandenspecialisten die nog over zijn, dan vraag ik me soms af wat hun toekomst is als je kijkt naar wat je als zelfstandig ondernemer tegenwoordig allemaal moet doen en ook moet kunnen doen. Je ziet wel bedrijven die onderling wat samen willen doen, maar het komt niet snel tot wasdom. En de bedrijven die nu nog rekenen op hun oude clientèle, hoe lang redden die het nog? Hoe ga je de jongere automobilist bereiken? Hoe ga je bijvoorbeeld zorgen dat je door Google sneller gevonden wordt? Veel zelfstandige bedrijven krijgen dat niet zelf voor elkaar. Dat vind ik onze verantwoordelijkheid. En de zakelijke markt, daar kom je als zelfstandige bandenspecialist helemaal niet tussen.
Leasemaatschappijen willen dat een organisatie als Bandenprof hen zaken uit handen neemt. Dat doen wij als Bandenprof erg goed. Leasemaatschappijen verkopen bijvoorbeeld hun eigen auto’s steeds beter, meestal op zomerbanden en zitten dan vaak met een tweede set banden, winterbanden. Wij zorgen ervoor dat deze sets worden ingezet op andere auto’s. Daarvoor moet je wel de logistieke processen op orde hebben. Ook dat hebben wij goed geregeld. We beschikken ook over een ROB-tool waarin alle aanvragen automatisch geregeld worden. Daarbij richten wij ons vooral op de kleine en middelgrote leasemaatschappijen. En omdat wij niet de grootste zijn, kunnen wij wat meer service bieden, een meer customized aanbod doen.”
Inkoop
Bandenprof werkt samen met een aantal fabrikanten en elk deelnemend bedrijf heeft het recht om zelf zijn banden in te kopen, waarbij Bandenprof, in samenwerking met de leasemaatschappij, wel de merkenkeuze bepaalt. Merijn Ruijter: “Elke bandenspecialist vindt zichzelf de beste inkoper. Hij weet altijd de banden nog goedkoper te vinden dan wij ze als groep kunnen inkopen. Wat wij als groep wel kunnen bieden, is een softwareplatform waarmee wij ze daarin kunnen ondersteunen. Wat ze vaak niet hebben, is kennis van informatica: een goede website, een goede webshop. Dat kunnen wij bieden. Daarnaast hebben wij de data van consumenten, die de bedrijven weer kunnen gebruiken om die consumenten hun zaak binnen te halen.”
Consumentenmarkt
Want hoewel het allemaal begonnen is met het bewerken van de zakelijke bandenmarkt, richt Bandenprof zich wel degelijk ook op de consument. Merijn Ruijter: “Banden is een vak. De consument begrijpt dat niet en ziet banden als een commodity. Ik denk dat 80 procent van de Nederlanders nog nooit zelf zijn bandenspanning heeft gecontroleerd. Daarom zorgen wij er als Bandenprof voor dat we het contact met onze consumenten intensiveren. We zullen er hard aan moeten trekken. Vroeger ging 65 procent van de totale bandenomzet naar de bandenspecialisten. Dat is gekelderd naar 25 procent. Driekwart wordt nu gedaan door dealerbedrijven en universele garages. Een gemiddelde universele garage verkoopt volgens de cijfers van WESP achthonderd banden per jaar. Die handel zijn wij kwijt. Dat is overigens niet alleen de bandenservicebedrijven te verwijten. De komst van de apk heeft daarin ook veel betekend. Mensen lieten bij de jaarlijkse controle vaak meteen hun banden vervangen. Ook om weer een beetje van die markt terug te veroveren, is Bandenprof opgezet.”
