Zodra Folkert Ruiter (49) de deuren van zijn schuurtje sluit en in zijn werkoverall glijdt, reist hij in gedachten terug naar zijn brommertijd. Een man cave volgepakt met allerhande Honda 4-taktonderdelen is hier verantwoordelijk voor. “Maakte ik als jochie geregeld gebruik van de duct tape-oplossing, tegenwoordig is dat uitgesloten.”
Folkert groeide op in Zeist, waar in de jaren ’80 de concentratie 4-takts extreem hoog was. “Ik was een jaar of twaalf toen ik het karakteristieke 4-taktgeluid voor het eerst hoorde”, vertelt Folkert. “Dat geluid! Wauw! Wat is dat mooi, zeg. Ik herinner het me nog goed. Ik zag die brommers dagelijks komen en gaan, hoorde de ‘Grote Jongens’ erover praten en ik stond er ademloos bij te kijken. Tja, dan raak je besmet. Datzelfde jaar kocht ik mijn eerste 4-takt, een Honda C50, voor 50 gulden, om lekker wat aan te kunnen sleutelen. Het was een absoluut wrak, maar ik ging ‘m maken. Helaas, dat kon ik dus niet. Vervolgens kocht ik boekjes en ben ik gewoon maar gaan klooien en proberen.”
[responsive-video identifier=”nOmbwYLNUCY”]
Kriebelen
“Op een goed moment had ik de hele schuur vol met die dingen. Ik kreeg een paar keer een vrij ernstig ongeluk en toen hebben mijn ouders heel resoluut – ik lag in het ziekenhuis – ál mijn 4-taktspullen weggedaan. Ik had niets meer, geen schroef was er overgebleven. Dat vond ik echt verschrikkelijk. Inmiddels was ik 17 jaar oud en ik kreeg er een Volkswagen Kever voor terug. Die moest ik maar gaan opknappen.”
Zijn ouders dachten dat Folkert ‘m nooit rijdend zou krijgen, maar dat had hij binnen twee weken voor elkaar. “Vervolgens werd ik van de weg geplukt door de politie. Ik had geen rijbewijs en reed op groene platen van een andere auto. Ik besloot alles maar even met rust te laten.”
Toen hij vervolgens in Rotterdam ging studeren, hoorde hij heel af en toe een 4-taktbrommer rijden. “Op zo’n moment draaide ik me direct om, want ergens bleef het kriebelen bij me. Maar goed, ik ben op een gegeven moment naar de Dominicaanse Republiek verhuisd en daar reden er miljoenen C50’jes rond. Ik had er best eentje willen kopen, maar rijden is levensgevaarlijk daar, dus weer werd mijn liefde voor de 4-takt tijdelijk geparkeerd.”
Hoofd leegmaken
“Eenmaal terug in Nederland, 35 jaar oud, was ik druk met werk, deed ik er een MBA-opleiding naast en we hadden net een baby gekregen. Ik móest iets vinden om mijn hoofd leeg te maken. Ik keek wat rond op Marktplaats en vroeg me af of die 4-taktjes nog werden aangeboden. Dat was het geval, dus ik kocht er eentje om aan te sleutelen. Dan kom je erachter dat je het sleutelen dus gewoon niet verleert. Ik kon er bijna blind aan werken. Ik reed wat rond op dat ding en al snel deed ik ‘m van de hand.”
‘In de kroeg is er altijd wel iemand die zegt: Hee, zo’n ding reed ik vroeger ook!’
Toen Folkert er wéér eentje kocht was het hek echt van de dam. “Vanaf dat moment ben ik continu aan het speuren, kopen, sleutelen, onderdelen aan het achterhalen en aan het verkopen. Van sommige brommers kan ik geen afstand van nemen, die houd ik voor mezelf. Weet je, het leuke is dat ik met een aantal vrienden in clubjes zit waarmee we een paar keer per jaar ritten rijden. De Honda Dag van de landelijke Honda Vereniging is al sinds de jaren ’80 een begrip. Brommeraars komen dan vanuit alle windstreken naar Utrecht toe. Je steekt elkaar aan hè. Je praat erover in de kroeg en dan is er altijd wel iemand die zegt: Hee, zo’n ding reed ik vroeger ook!”
Meer verantwoording
“Het mooiste zijn de barn finds, dat mensen hun schuur leegmaken en dat er dan in de hoek nog een vergeten brommertje staat. Het gebeurt niet vaak, maar het gebeurt. Zo’n ding komt dan op internet en dan zijn wij er als de kippen bij. Op het hoogtepunt had ik zeventien 4-takts staan. Momenteel heb ik er zeven rijdend, een aantal is in opbouw en een paar liggen in kratten te wachten.”
Dat sleutelen is absolute me time volgens Folkert. Heerlijk in de schuur onder het TL-licht: “Dat is echt lekker, ik waan me dan even in een andere wereld. Vandaag de dag ben ik een stuk secuurder dan vroeger, ik neem overal meer de tijd voor. Als ik nu iets niet weet dan bel ik een hulplijntje of ik duik het internet op. Dat kon vroeger niet. Nu haal ik mijn onderdelen van over de hele wereld. Ook heb ik wat meer financiële middelen, dus maak ik zo’n brommer echt netjes. Maakte ik als jochie geregeld gebruik van de duct tapeoplossing, tegenwoordig is dat uitgesloten.
Gevraagd naar het succes van de 4-takt verwijst Folkert naar het geluid. “Dat is heel herkenbaar. Het is daarnaast een symbool van een bepaalde cultuur uit de jaren ’80 en ’90. Het werden wel de kakkerbakken genoemd, kakkers reden steevast op Honda 4-takts. Overigens heb ik nu wel wat meer verantwoording dan toen. Vroeger voerde ik iedere brommer meteen op zodat het voor de wet een motorfiets was, en dus was je onverzekerd.”
Nu voert hij ze ook op, maar is wel zo verstandig om ze op motorkenteken te zetten. “Eén van mijn SS50’s heeft bijvoorbeeld 140cc en rijdt dik 110 km/h. Daar zijn ze feitelijk niet op gebouwd, dus heb ik er Honda-schijfremmen uit Engeland op gemonteerd. Ik neem dat risico niet. Desondanks kan ik het niet laten om af en toe een wheely te maken. En dat je dan soms valt, zoals vorig jaar midden voor een vol terras, dat hoort er gewoon een beetje bij.”
BINNEN KANTOORUREN
“Binnen Athlon Nederland ben ik sinds 2012 verantwoordelijk voor de marketing en communicatie. De wereld van mobiliteit is enorm in ontwikkeling, het gaat veel verder dan sec autoleasing. Wij zetten alle producten en diensten van Athlon commercieel in de markt. Denk hierbij aan de leaseauto, maar ook aan alternatieven zoals het autodelen, mobiliteitskaarten en het mobiliteitsbudget. Hier zetten wij heel sterk op in, evenals op onze corporate sustainability.”