De aanstaande connectiviteit zal het periodiek keuren van auto’s naar een volgend niveau tillen. Op komst is onder meer Europese regelgeving om in de apk een verplichte controle op te nemen of auto’s de door autofabrikanten ontwikkelde updates hebben gekregen.

Dat en meer bleek op het 18e congres van de CITA, de internationale koepel van keurende (semi-) overheidsorganisaties. Aftersales Magazine was daar eerder deze maand, exclusief voor de Nederlandse vakpers, aanwezig in Zagreb. Belangrijk nieuws voor de autobranche in ons land is dat de aanstaande connectiviteit het periodiek keuren van auto’s naar een volgend niveau zal tillen. Op komst is regelgeving om in de apk een verplichte controle op te nemen of auto’s de door autofabrikanten ontwikkelde updates hebben gekregen. Er komt wellicht een ‘verbod’ op het elektronisch tunen van auto’s als de daarvoor gebruikte software de typegoedkeuring van de auto negatief beïnvloedt. Verder wordt de apk de komende jaren onderdeel van een gedigitaliseerde aftersalesomgeving. Een deel van de huidige, periodieke keuring zal continu en online gaan gebeuren. Daaronder bijvoorbeeld rijveiligheidssystemen (ADAS/ECSS), want die laten zich, stelt CITA, goed online monitoren. Het volledige verslag staat in de nieuwe editie van Aftersales Magazine, die vrijdag verschijnt. Maar wie zich registreert op Aftersales Plus kan er nu al kennis van nemen. Opel, BMW, Volkswagen, Audi, Mercedes-Benz, Volvo, PSA, Tesla zijn merken die al een hoge mate van connectiviteit in hun modellen hebben. Niet altijd geactiveerd, maar dat is een kwestie van een digitaal signaal. Connectiviteit zal fabrikanten en autobedrijven een betere binding met de klant opleveren. Ook overheden zien de voordelen van de connected car. Niet in de laatste plaats in relatie tot de apk, bleek op het 18e CITA-congres in Zagreb. On de Kroatische hoofdstad bogen zich tijdens het congres ruim 350, vooral overheidsvertegenwoordigers uit twintig landen (uit ons land de RDW), over de toekomstige regelgeving ten aanzien van rijveiligheid en het milieu in relatie tot (auto)mobiliteit. Daarnaast waren er diverse brancheorganisaties (denk aan partijen als Bovag, Stichting Overlegorgaan APK en EGEA/RAI), maar ook fabrikanten en leveranciers van werkplaatsapparatuur. Uit ons land bijvoorbeeld CITA corporate member Van Leeuwen Test Systems uit Etten-Leur, Autec-VLT uit Montfoort en TBA-TEN (namens EGEA/RAI) uit Baambrugge.

Ondersteltest

Bij de CITA-leden staat samenwerking voorop, vooral bij het delen van kennis en straks ook van voertuigdata. Het is iets dat door de digitalisering steeds ‘makkelijker’ wordt. Internationaal samenwerken is het sleutelwoord. En dan bedoelt men die tussen de (semi)overheden en hun keuringsinstanties. De onderwerpen op het CITA-congres waren dan ook het meten van emissies bij Euro 5, 6 en straks Euro 7 motoren, de hoogautonome auto, connectiviteit, testmethodieken en -procedures. Wat dat laatste betreft: over een aantal jaren zal de ondersteltest worden ingevoerd. CITA en EGEA (Europese vereniging van equipmentfabrikanten) zijn het eens over de meetmethodiek die gevolgd gaat worden. Dat is overigens goed nieuws voor Van Leeuwen Test Systems uit Etten-Leur. Deze Nederlandse fabrikant ontwikkelde de technologie – Phase Shift Measurement – voor de Belgische keuringsautoriteit Goca. In heel Europa zal dit de standaard worden. Een ander CITA-project is de invoering van de deeltjesteller voor de NOx-meting. Een werkgroep genaamd SET II, zal hier uitsluiting over gaan geven. Een tijdspad van 4-5 jaar lijkt (helaas) realistisch.

Europese apk

Belangrijk voor de autobranche in ons land is dat de aanstaande connectiviteit het periodiek keuren van auto’s naar een volgend niveau zal tillen. Daarbij is een grensoverschrijdende Europese apk een wens. Het tijdpad is echter onduidelijk. Milieu zal de drijfveer zijn en daarnaast rijveiligheid. Tot nu toe echter zijn het nationale procedurele en administratieve verschillen die een echte Europese apk nog in de weg staan. Op komst is regelgeving om in de apk een verplichte controle op te nemen of auto’s de door autofabrikanten ontwikkelde updates hebben gekregen. Er komt wellicht een ‘verbod’ op het elektronisch tunen van auto’s als de daarvoor gebruikte software de typegoedkeuring van de auto negatief beïnvloedt. Verder wordt de apk de komende jaren onderdeel van een gedigitaliseerde aftersalesomgeving. Een deel van de huidige, periodieke keuring zal continu en online gaan gebeuren. Van PTI (periodical technical inspection, bij ons de apk), naar CTI (continuous technical inspection, continue algemene keuring). Daaronder bijvoorbeeld rijveiligheidssystemen (ADAS/ECSS), want die laten zich, stelt CITA, goed online monitoren. En op termijn ook emissiewaarden.

Vervagen

De vertegenwoordigers van Van Leeuwen Testsystems, RDW, Bovag, Autec-VLT, Stichting Overlgorgaan APK en TBA-TEN waren in de wandelgangen druk met het verdedigen van het Nederlandse beleid ten aanzien van de apk. De angst van met name Bovag is, dat werkplaatsomzetten en -investeringen sterk zullen teruglopen wanneer het Nederlandse autobedrijf deels het recht om auto’s te keuren gaat verliezen. Dat gevaar is aanwezig, mocht de combinatie met een onderhoudsbeurt worden losgelaten. Als het periodiek keuren wordt vereenvoudigd omdat een deel van de data online kan worden ‘opgehaald’ en de onderhoudscyclus afhankelijk wordt van het autogebruik – slijtagesensoren – dan zal de vanzelfsprekende combi apk+onderhoudsbeurt vervagen. Dat is overigens een trend die door de autofabrikanten wordt gestimuleerd. De connected car zal hier sterk aan bijdragen. RDW ziet daar wel voordeel, juist voor de consument. “De apk is er namelijk voor de consument en niet voor het autobedrijf”, stelde een RDW-vertegenwoordiger. Dat is waar, maar het sinds 1985 in ons land opgebouwde verdienmodel van de aftersales komt dan wel onder druk.

CITA-president Juan Diego Rodríguez:

“Het keuren van auto’s – vooral die met zelfrijdende functionaliteiten – blijft actueel, maar zal deels digitaal uitgevoerd kunnen gaan worden. Er ontstaat een hybride keuringsregime, waarbij enerzijds de keuringsstations – in ons land de autobedrijven – nog maar een deel van de  inspecties zullen uitvoeren. Een ander deel zal over the air gaan plaatsvinden. Waarschijnlijk zullen deze voor de rijveiligheid cruciale datastromen continu worden geanalyseerd. Die datastromen gaan ‘rechtstreeks’ naar de aan de overheid gelieerde keuringsinstanties en wellicht zelfs ook naar autofabrikanten.”