Gedurende zijn tienerjaren was Ewoud zeer actief met schaatsen in de winter en met hardlopen, wielrennen en skeeleren in de zomer. “Deze periode heeft de basis gevormd voor mijn sportieve leven, sport is mij met de paplepel ingegoten. Toen ik begon met werken verminderde dit wel aanzienlijk. Het bleef beperkt tot voetballen in een bierteam.”
Ewoud herontdekte het hardlopen ongeveer tien jaar geleden. “In het begin liep ik maar één of twee keer per week en ik had het gevoel dat ik daar lang van moest herstellen. Sinds een jaar of vier loop ik zes, soms wel zeven keer per week hard. Oh jazeker, je kunt het gerust een behoorlijke verslaving noemen. Wat denk ik echt heeft bijgedragen, is dat op een gegeven moment mijn sportieve bestaan en mijn werk zijn samengekomen. Het sporten begon mijn werk leuker te maken en ik werd er misschien zelfs wel beter in.”


Wintermaanden
“Mijn routine? Direct na het opstaan om 5.45 uur een mooie ronde lopen, dat geeft me frisse energie voor de rest van de dag. Het maakt niet uit welke problemen er op je pad komen, je lost ze voor mijn gevoel gemakkelijker op. Ook in de donkere en natte wintermaanden ga ik gewoon door. Sterker nog, juist dán gaat de knop om om het maximale eruit te halen. Ik bereid me momenteel voor op de marathon van Rotterdam op 13 april. De periode van januari tot eind maart staat bijna geheel in het teken van het leggen van de basis: kilometers maken en omvang trainen.”


Warm bed
“Ongeveer een jaar geleden won ik de halve marathon Midden-Delfland, met een voorsprong van vier minuten. Dat gaf echt een goed gevoel. Het had wel veel te maken met mijn training, voorbereiding, voeding, slaap en de manier waarop mijn leven in het teken staat van optimaal presteren. De mindset, om iedere uitdaging het hoofd te kunnen bieden, dat is een heerlijk gevoel en dat wakkert die genoemde verslaving zeker aan. Misschien is dat juist wel de verslaving: niet het lopen an sich, maar de lifestyle die ermee komt en hoe je je gedurende de dag voelt. De dopamine en adrenaline gieren dan door mijn lijf. En tja, hoewel ook mijn bed ‘s ochtends heerlijk warm is, wint de zin om te gaan sporten het van het gevoel om te blijven liggen als de wekker gaat. Het is wel iets wat je moet opbouwen. Natuurlijk, in het begin is het lastig, maar als je merkt hoeveel energie het geeft.”
Onbetaalbaar
“Ik heb een kwartier nodig tussen het moment dat ik uit bed stap en daadwerkelijk buiten sta met mijn schoenen aan. Ik sta op, drink een glas water met een vitamine bruistablet, eet een banaan, doe mijn hartslagband om, kleed me aan en dan ben ik klaar. Rond 6:00 sta ik op straat. Mijn rondje is bewust iedere dag anders, om te voorkomen dat het saai wordt als je zes keer per week op dezelfde plekken komt. ‘s Ochtends loop ik gemiddeld tussen een uur en 1 uur 40 minuten. In een marathonvoorbereiding heb je altijd één keer per week je marathonblokken, gedurende een week of zes. Vanaf zo’n negen weken voor de marathon tot drie weken ervoor loop je wekelijks lange afstanden, variërend tussen de 32 en 40 kilometer. Laatst kwam ik om 10:00 uur op mijn werk en zei ik tegen mijn collega dat ik net nog 38 kilometer had hardgelopen. Dat gezicht van die collega was onbetaalbaar.”

Stressfractuur
“De drive die ik heb met lopen, die heb ik zeker ook zakelijk. Ik ben ‘oranje’ qua kleurenprofiel, wat betekent dat ik in alles wat ik doe competitief probeer te zijn en misschien wel de beste wil zijn. Dat lukt natuurlijk niet altijd, maar datzelfde geldt ook in mijn werk: ik probeer altijd het beste eruit te halen. En ja, ik probeer collega’s wel te inspireren. De wil om te sporten wordt vaak uitgesproken, maar het in de realiteit toepassen en volhouden blijkt lastiger. Acht jaar geleden probeerde ik voor het eerst een marathon te lopen, maar bij 36 kilometer brak ik mijn kuitbeen door overbelasting, een stressfractuur. Ik had in een te korte periode te veel opgebouwd, waardoor mijn spieren zich sneller ontwikkelden dan mijn botten. Het gebeurde hier bij de Kralingse Plas. Ik dacht toen echt dat ik nooit meer een marathon zou lopen.”
Elfstedentocht
“De drie maanden vóór de marathon drink ik geen alcohol. Feestjes ga ik niet uit de weg, maar ik sta niet tot 5 uur ‘s nachts in een bar. Sociale gelegenheden blijven gewoon wel leuk natuurlijk. Ik houd ook heel erg rekening met mijn voeding. Ik eet sowieso heel veel. Op een gemiddelde loopochtend kan ik maximaal 1500 calorieën extra verbruiken. Dat moet je er allemaal bij eten. Ik eet sowieso een dubbele portie avondeten en overdag veel brood, zo’n dertien sneetjes. Mijn lijf heeft dat gewoon nodig. Op mijn brood? Ik eet van alles, ook zoete dingen zoals pindakaas en appelstroop. Sterker nog, veel hardlopers eten voor een inspanning vaak brood met vruchthagel of appelstroop! Overigens… de marathon is niet mijn hoogste sportdoel! Dat is namelijk het schaatsen van de Elfstedentocht. Eigenlijk is mijn hardloopvoorbereiding iedere winter er vooral op gericht dat als de Tocht der Tochten toch doorgaat, ik dan fit aan de start kan verschijnen. Ik sta ingeschreven, maar hij moet nu wel een keer gaan komen.”
Binnen kantooruren
Sinds september 2016 werkt Country Director Ewoud Lubbers bij wat toen Fource heette en nu LKQ Netherlands is, de grootste distributeur en grossier van auto-onderdelen. “De eerste acht jaar werkte ik binnen finance en sinds 1 maart van dit jaar ben ik commercieel verantwoordelijk voor Nederland. Ik overzie alle commerciële rollen in Nederland, van de mensen op de vestiging tot de buitendienst en de verkoop binnendienst. Eerder was ik verantwoordelijk voor de vestigingen in Nederland en België, bijna honderd in totaal.” LKQ is met name bekend als distributeur en grossier van auto-onderdelen.

