Rogier Roet (42) is op z’n zachtst gezegd verslingerd aan het merk BMW. En dan met name aan de youngtimers van het Beierse merk. Aan Aftersales Magazine vertelt de in Amsterdam woonachtige Roet hoe en waar deze liefde is ontstaan. “Ik ben geboren als autoliefhebber en dat is altijd zo gebleven.”

Wie denkt dat een BMW-liefhebber in zijn leven louter BMW’s heeft versleten, heeft het goed mis. Natuurlijk droeg het overgrote deel van zijn automobielen een blauw-witte propeller op de neus, maar Rogier Roet was beslist niet vies van een uitstapje links en rechts. Daarover later meer. Terug naar waar het qua Bayerische Motoren Werke allemaal begon. “Volgens mijn moeder was mijn eerste woordje ‘BMW’. Ik was altijd en overal auto’s aan het aanwijzen, met name BMW’s. Na BMW schijn ik ‘Deux Chevaux’ gezegd te hebben. In feite is het heel simpel: ik ben geboren als autoliefhebber en dat is altijd zo gebleven. In tegenstelling tot wat je zou denken, heb ik het benzinevirus niet van huis uit meegekregen.”

Uitstapjes

“Langs de straat waar ik ben opgegroeid in Zuidoostbeemster, was een BMW-dealer gevestigd. Ik weet nog goed dat daar in 1986 een gloednieuwe M3 E30 voor de deur stond te glimmen. Pal naast een al even fraaie 635 CSi niet te vergeten. Een auto die trouwens nog steeds hoog op mijn bucket list staat. Ik vermoed dat de passie daar is ontstaan. Ik was tien en ik was helemaal idolaat van de Ferrari Testarossa en natuurlijk van alles wat maar met BMW te maken had. Ik heb daar menig folder opgehaald. Zoals je dat in die tijd deed, ging ik ook trouw naar de Auto RAI. Om nog veel meer folders op te halen om ze vervolgens thuis door te spitten en uit te pluizen.” BMW is altijd de spil geweest. “Natuurlijk, uitstapjes waren er beslist ook, maar ik kwam steeds weer uit bij het merk met de nieren. Zo heb ik nog een Audi 80 gehad, een Alfa 164 en een Opel Monza. In mijn studententijd was ik in de weekends autoverkoper bij een Opel-dealer. Op een gegeven moment had ik daar een hele mooie ’86-er BMW 316 (carburatiemotor) ingeruild op een andere 3-serie.”  

‘De cd van Barry Manilow zat nog in de speler en je begrijpt dat ik ‘m er altijd in heb laten zitten’

  De inruiler kon Roet tegen een zeer aantrekkelijke prijs aanschaffen. “Mijn eerste BMW dus. Die ‘3’ heb ik op een gegeven moment weer ingeruild en daar heb ik altijd spijt van gehad. Ondanks het feit dat het ‘maar’ een 316 was, met instapmotor dus, was het zó’n lichtvoetige auto! De handling was echt geweldig. Die 316 rijdt nu overigens rond als circuitauto voor de garage waar ik mijn huidige E30 cabrio in onderhoud heb. Mooi dat deze auto nog steeds bestaat.”

Honingraatwielen

“Vervolgens ging ik voor de Ford-importeur werken, dus toen heb ik op een gegeven moment een Ford gereden. Bij de leasemaatschappij waar ik daarna kwam te werken ben ik weer BMW gaan rijden, het werd een nieuwe E46 316i. Weer wat later, bij Mitsubishi, kreeg ik een bonus en daar heb ik deze E30 cabrio van kunnen kopen. Hij stond hoog op de verlanglijst. Samen met een compagnon ben ik vervolgens een inkooporganisatie gestart en ging ik youngtimers rijden. Niet alleen erg leuk, maar ook zakelijk interessant vanwege de bijtellingsregeling die geldt voor youngtimers. Allereerst was daar de E36 318tds, meteen de minst fijne BMW die ik ooit heb gehad. De wegligging was goed hoor, maar die motor was drie keer niks.” Hierna kwam een E39 530d. “Dat was een geweldig fijne auto! Hiermee heb ik heel veel kilometers gereden en bij 350.000 km heb ik ‘m maar weggedaan. Hij werd afgelost door de E34 535i op LPG, een auto uit 1991. Een origineel Zwitserse auto met zo’n beetje alle denkbare opties aan boord. Ook hier reed ik die tot 3,5 ton, vanaf dat moment was het economisch gezien niet meer verantwoord om ermee door te rijden. Ik heb nog altijd spijt dat ik díe auto niet ergens in een schuurtje heb gezet.” Hij kreeg een mooie opvolger in de vorm van een E38 728i. “Hier heb ik zelf een gasinstallatie in laten bouwen. Wat een fraaie auto was dat, ooit eigendom van een oude bollenboer uit het Westland. De cd van Barry Manilow zat nog in de speler en je begrijpt dat ik ‘m er altijd in heb laten zitten. Zelf heb ik er nog een paar mooie, klassieke honingraatwielen onder laten zetten. Van al mijn auto’s was de ‘7’ degene die achterin veruit het beste zat. Wat een ruimte en comfort, zeg. Nadat ik mijn aandelen had verkocht ben ik bij Rijsbergen gaan werken en ging ik een 320i GT rijden die ze hadden staan. Die auto heb ik onlangs ingeruild voor een zelf uitgezochte 320i. Ja inderdaad, wéér een BMW. Oh, nu ben ik helemaal vergeten te vertellen dat ik ook nog een ’84er E28 520i heb gehad. Prachtige auto met nog geen ton op de teller, gekocht bij youngtimerspecialist Marco Hof.”

Freude am fahren

“Weet je, BMW als auto is een verlengstuk van je lichaam. Ik voel me simpelweg één met zo’n auto. Er is geen hik als je de koppeling op laat komen, het stuurgevoel is fijn, ergonomisch zitten ze goed in elkaar. Mijn huidige E30 325i cabriolet en E86 Z4 Coupé gebruik ik eigenlijk te weinig. Aan de andere kant, daardoor blijven ze ook mooi. Rond het IJsselmeer zijn er wat wegen waar de Z4 helemaal tot zijn recht komt, dan gebruik ik ‘m waarvoor hij ooit gebouwd is: écht autorijden! Dat geldt ook voor de E30, hoor. Die heeft eveneens een erg fijne handling.” Open rijden vindt Rogier geweldig. “Ik heb daar heel bewust voor gekozen. Stiekem hadden alle alarmbellen af moeten gaan. Ik kocht de auto namelijk van een man met een schadebedrijf. Maar goed, ik zag dat hij hem vier jaar op zijn eigen naam had gehad. Het bleek een perfecte koop, ik kan niet anders zeggen. De Z4 heb ik in juni 2017 in Zwaag gekocht, daar was ik heel specifiek naar op zoek. Die auto belichaamt BMW’s vermaarde slogan ‘Freude am Fahren’ het allerbeste. Duidelijker kun je het niet zeggen. Het is namelijk ook echt zo; BMW maakt het werkelijk waar. Met een aantal recentere BMW’s heb ik dat veel minder, die missen nu eenmaal dat vlezige sturen waar ik zo van houd.”

BINNEN KANTOORUREN “Namens Sator dochter Fource en de aan haar gelieerde grossiers, ben ik verantwoordelijk voor Marketing B2B(2C). Wij gaan met de beste garagebedrijven in gesprek en brengen hen onder in de sterkste formules. Bovendien maken wij deze formules samen met de formulehouders nog sterker. Dit alles met het oog op de uitdagingen die de garagist te wachten staat.”