De overheid verwacht in 2015 5,5 miljard euro aan motorrijtuigenbelasting te innen. Het grootste deel, bijna 4 miljard euro, is bestemd voor het Rijk. Ruim 1,5 miljard euro is bestemd voor de provincies. Dat heeft het CBS berekend.
De opbrengst van de wegenbelasting stijgt in 2015 met 69 miljoen euro. De opbrengst van de wegenbelasting is afhankelijk van het tarief en de omvang van het wagenpark. Bovendien hoeft voor een deel van het wagenpark geen wegenbelasting betaald te worden. Momenteel geldt dit onder meer voor elektrische auto’s en auto’s ouder dan 40 jaar.
Het Rijk en alle provincies bepalen elk afzonderlijk het tarief voor hun deel van de wegenbelasting. Het tarief voor het rijksdeel stijgt in 2015 met 0,9 procent. Zes provincies verhogen hun tarieven voor de zogenoemde opcenten niet. In Friesland stijgt het opcententarf het meest, met ruim 4 procent. Friesland verhoogt het tarief extra voor de realisatie van een autoweg tussen Dokkum en Nijega.
Provincies en Rijk zijn vrij in de besteding van de wegenbelasting. Ze hoeven het geld niet aan wegen te besteden.