Wanneer besluit een schadeherstelbedrijf een onderdeel te vervangen en wanneer kiest het voor een reparatie? En dan moeten we het ook nog over duurzaamheid hebben…
Het schadebedrijf staat bekend als een urenfabriek. Met de oplopende uurtarieven zien we dat opdrachtgevers andere keuzes gaan maken om de post arbeidstijd omlaag te krijgen. De vraag: repareren of vervangen? krijgt hiermee een nieuwe dimensie. Wat zijn de gevolgen voor de marges van het schadebedrijf? Wat zijn de effecten op claims rond duurzaam herstel die zowel opdrachtgevers als schadeherstelbedrijven willen waarmaken? Het Aftersalespanel reageert.
Brancheorganisatie BOVAG laat weten: “Dat opdrachtgevers andere keuzes maken om de post arbeidstijd omlaag te krijgen, herkennen wij niet als trend. Wat wél – sinds jaar en dag – een wet is in de schadewereld is dat er bij grote drukte, zoals nu, eerder gekozen wordt voor vervanging dan reparatie omdat je zo meer herstellingen kunt verwerken en klanten sneller weer op weg zijn. In het kader van de gewenste verduurzaming zal het vraagstuk repareren of vervangen steeds relevanter worden, verwachten wij. In dat kader gaan wij binnenkort om tafel met opdrachtgevers om werk te maken van een gezamenlijke duurzaamheidsagenda.”
Keuze
Over de keuze tussen repareren of vervangen zegt ondernemer en eigenaar van Koops Autoschade, Albert Koops: “Bij autoschade is de keuze tussen repareren of vervangen afhankelijk van de ernst, de locatie, materiaal en fabrieksvoorschriften. Kleine deuken of krassen kunnen in veel gevallen snel en voordelig gerepareerd worden, bijvoorbeeld via uitdeuken zonder spuiten of spot-repair.”
“Bij grotere schade – zoals aan dragende delen, of bij ernstige vervorming – is vervangen meestal noodzakelijk voor de veiligheid. De keuze alleen laten afhangen van kosten schiet op alle fronten tekort als herstel duurder is dan vervanging. Verzekeraars spelen hierbij ook een rol; zij denken te kunnen bepalen wat economisch verantwoord is. In elk geval is een deskundige schadeherstelexpert of garage essentieel om de juiste afwegingen te maken. Uiteindelijk draait het in eerste instantie allemaal om veiligheid, daarna komen kwaliteit, kosten en de waarde van de auto.”
“Het ambachtelijke schadeherstelbedrijf zien als urenfabriek, de post arbeid omlaag willen brengen en niets aan de kortingen, leenauto’s, duurzaamheidskosten te willen doen, is iets wat achter de computer wordt bedacht en is een vorm van tunnelvisie. Wij zijn als bedrijf in januari 2025 gestopt met schadesturing, niet omdat we dat graag willen, maar omdat we de duurzaamheid van ons bedrijf niet langer kunnen garanderen op basis van niet volledige en incorrecte feiten.”
Duurzaamheid
Namens de stichting Duurzaam, die met GroenGedaan! een keurmerk voor duurzaamheid heeft opgericht waar veel automotive partijen bij zijn aangesloten, zegt Angelica Gravendijk: “Laat ik beginnen met de stelling dat repareren a priori duurzamer is dan vervangen. Hieraan zijn inmiddels veel studies gewijd, die dit onomstotelijk aantonen. Er zijn echter meerdere zaken die van invloed zijn bij de keuze voor repareren of vervangen.
Plus: Meer repareren draagt eraan bij dat schadeherstel een ‘ambacht’ is dat vakmanschap vereist. Hierdoor ontstaan hogere toetredingsdrempels tot de markt.
‘Repareren is a priori duurzamer dan vervangen.’
Min: De marge op de onderdelen speelt een belangrijke rol. Wil men dezelfde winstgevendheid op een reparatie, dan moet dat door meer uren worden opgelost, wat met de huidige uurtarieven een grote uitdaging is.
Plus: De levering en beschikbaarheid van onderdelen spelen toenemend een rol. De levering gaat al langere tijd met horten en stoten, met soms zelfs zeer lange levertijden door backorders. Door vaker te kiezen voor reparatie in plaats van vervangen versnelt men de doorloop.
Plus: Men trekt meer werk aan omdat verzekeraars en leasemaatschappijen graag zaken doen met herstellers die de verzekerde of de berijder snel kunnen helpen.
Min: Fabrieksvoorschriften schrijven toenemend vervanging voor. Voor autofabrikanten is de winst uit onderdelenverkoop immers hoger dan de winst op de verkoop van een nieuwe auto.
Min: Repareerbaarheid van autoschades neemt af. Om die reden hebben wij aansluiting gezocht bij de RCAR-Repairability Working Group, om deze zorg met de autofabrikanten te bespreken.”
