De branchebarometer van Bovag Autodealers laat zien dat het gemiddelde dealerrendement vorig jaar op 1,34 procent uitgekomen is, terwijl 2,0 procent minimaal nodig is. De slechte jaren 2008 en 2009 zijn ook zeker nog niet gecompenseerd.
Met name op het gebied van aftersales en occasionverkoop scoorden de dealers in 2010 beter, dan in het rampjaar 2009. Het aantal gefactureerde uren per monteur steeg dan ook van 1.407 naar 1.452. Bovag Autodealers verwacht niet dat die plus in de werkplaats in 2011 zal doorzetten. Dat komt omdat de nieuwverkoop en vervangingsvraag weer stijgen. Die groei betreft echter vooral modellen in het A- en B-segment, die zich minder vaak in de dealerwerkplaats melden voor reparatie en onderhoud.
Het effect van de stijgende nieuwverkoop op het rendement was betrekkelijk klein en onder meer toe te schrijven aan het verkleinen van de voorraden, bijkopen en het meer afwaarderen in 2009 en bijbehorende lagere financieringskosten. De verkopen in 2010 betreffen vooral de kleinere modellen, waarop lage marges gelden. Deze trend zet dit jaar door, de aantallen zullen wel stijgen.
Eric Tak, voorzitter Bovag Autodealers: "Vorig jaar was er sprake van extra premies vanuit de importeurs, bedoeld om hun marktaandeel op peil te houden. Maar die zijn niet structureel van aard. We zien nu alweer dat dealers vol stoppen met nieuwe auto’s – 10.000 registraties op de laatste dag van maart – met alle gevolgen van dien voor de statijden en financieringskosten. En dealers gaan van de weeromstuit het inkoopbeleid van inruilers aanpassen, om die nieuwe auto’s maar te kunnen afzetten. Dat is goed voor de consument, maar heeft negatieve gevolgen voor het rendement op de afdeling occasions."