Cameratoezicht is vaak negatief in het nieuws, hoewel veel bedrijven ze met goede bedoelingen ophangen – bijvoorbeeld om diefstal te voorkomen. Ook veel autobedrijven hebben camera’s in de werkplaats en showroom. Hieronder enkele tips om deze visuele hulpmiddelen verantwoord en geoorloofd in te zetten.
Op het gebied van privacy staan veel veranderingen op stapel. Vanaf 25 mei geldt in heel Europa de Algemene Verordening Gegevensbescherming. Ook aan de verwerking van camerabeelden stelt de AVG stevige voorwaarden. Niet vreemd, want cameratoezicht is een vergaande inbreuk op de privacy van werknemers, ingeleende arbeidskrachten en bezoekers.Cameratoezicht
Zo’n inbreuk kan toegestaan zijn als er sprake is van een gerechtvaardigd belang. Denk hierbij aan het tegengaan van diefstal (van gereedschap of onderdelen bijvoorbeeld) of het bewaken van persoonlijke veiligheid in de werkplaats. Cameratoezicht moet daarnaast echt noodzakelijk zijn, als het niet ook op een andere manier kan (toegangscontroles, sleutels). Punt van aandacht: sommige autobedrijven passen camera’s toe om klanten via internet te tonen – transparantie – hoe er in de werkplaats aan hun auto’s wordt gewerkt. Beelden die ook voor dubieuze derden interessant kunnen zijn. Verdere vereisten:- Werknemers en ingeleende arbeidskrachten moeten weten dat en waarom er camera’s hangen. Het is verstandig de antwoorden op te nemen in een reglement. Dat zou ook moeten vermelden wie toegang heeft tot de beelden, hoe lang ze worden bewaard en wie binnen de organisatie het aanspreekpunt is ten aanzien van cameratoezicht. Een eventueel aanwezige OR moet instemmen met dit reglement.
- Het is verder belangrijk bordjes te hangen in de werkplaats, showroom en kantoor die met name bezoekers informeren over de aanwezigheid van camera’s.
- Richt camera’s alleen op materialen (ter bescherming tegen diefstal), niet op gezichten van werknemers. In de meeste gevallen is het niet nodig geluidsopnames te maken.
- De beelden van camera’s ter preventie van diefstal mogen niet voor een ander doel worden gebruikt. Blijkt uit de anti-diefstalbeelden bijvoorbeeld dat een werknemer weinig werk verzet, dan mag hij niet op grond daarvan worden aangesproken.
- Bewaar de camerabeelden niet langer dan vier weken, tenzij de beelden nodig zijn vanwege een diefstal die desondanks is gepleegd.