Een consortium onder leiding van E.ON ontvangt 45 miljoen euro aan EU-financiering om de oplaadinfrastructuur voor elektrische auto’s en bedrijfsvoertuigen in Europa uit te breiden. Het DRIVE-E project is een van de 39 innovatieve projecten die onlangs door de Europese Unie zijn geselecteerd om infrastructuur voor alternatieve brandstoffen te ontwikkelen.
Het zal in totaal 1400 nieuwe openbare oplaadpunten creëren tegen eind 2027. Dit omvat 430 oplaadpunten voor zware bedrijfsvoertuigen, elk met een capaciteit van 350 kW of meer. Het project wordt uitgevoerd in 13 EU-landen en zal een belangrijke bijdrage leveren aan de elektrificatie van het Europese vracht- en personenvervoer.
De partners van het DRIVE-E project zijn E.ON, ZSE en Eldrive. Samen zullen ze een netwerk van oplaadpunten voor auto’s en lichte en zware bedrijfsvoertuigen bouwen langs de belangrijkste trans-Europese routes voor vrachtvervoer. Dit omvat zowel locaties die specifiek ontworpen zijn voor het opladen van vrachtwagens als gemengde omgevingen voor vrachtwagens en auto’s. Een ander aandachtspunt van het project is om het bestaande netwerk voor lichte bedrijfsvoertuigen aan te vullen en uit te breiden in gebieden waar het netwerk hiaten vertoont.
De geplande oplaadpunten komen op meer dan 250 locaties in Duitsland, Oostenrijk, Denemarken, Italië, Nederland, Zweden, Litouwen, Tsjechië, Hongarije, Polen, Roemenië, Bulgarije en Slowakije.
Het project wordt medegefinancierd door de Europese Unie in het kader van de Alternative Fuels Infrastructure Facility (AFIF) II. AFIF is een belangrijke motor achter het ambitieuze streven van de EU om de laadinfrastructuur uit te breiden over het hele trans-Europese vervoersnetwerk en zo het vracht- en personenvervoer in Europa efficiënter en duurzamer te maken. De tweede fase van de AFIF (2024-2025) is in februari 2024 van start gegaan met een totaalbudget van 1 miljard euro.
