84 procent van de auto’s in Nederland en België heeft niet de bandenspanning zoals door de fabrikant is voorgeschreven. Dat blijkt uit onderzoek dat studenten van de Hogeschool Rotterdam en KU Leuven uitvoerden onder begeleiding van Great Opportunities.
De onderzoekers maten de bandenspanning bij willekeurig gekozen personenwagen op parkeerplaatsen van supermarkten, bouwmarkten en tuincentra; 1641 in Nederland en 1065 in België, als onderdeel van een afstudeeropdracht. Uit het onderzoek bleek ook dat slechts 11 procent van de bestuurders de afgelopen maand de bandenspanning van hun autobanden had gecheckt. 28 procent van de bestuurders gaf toe nooit de bandenspanning van hun autobanden te checken. 60 procent deed dat alleen voor een grote rit, bijvoorbeeld voor een vakantie. Het bandenbewustzijn en daarmee bandenonderhoud is onder de maat, zowel in Nederland als in België.
Onderspanning
Branchemanager Edwin Brinksma van bandenbrancheorganisatie VACO herkent het beeld dat automobilisten weinig aandacht hebben voor bandenspanning. “Diverse onderzoeken die de stichting Bandopspanning heeft gedaan voor de overheid komen meestal uit rond de 60 procent. Dat betreft dan alleen onderspanning. Het zou kunnen dat in het onderhavige onderzoek ook overspanning wordt meegerekend. Dan is het ook nog maar de vraag met welke marge er gerekend wordt. Is 0,1 of 0,2 bar onder- of overspanning al een afwijking van de fabrieksvoorschriften? Maar dat veel automobilisten niet met de juiste bandenspanning rondrijden, is een feit. Wat ook niet helpt, is dat er nog relatief grote onbekendheid is met TPMS, bandenspanningscontrolesystemen. Steeds meer auto’s hebben dat aan boord, maar veel mensen weten dat niet, of weten niet wat zo’n systeem precies doet.”
Bandenspecialist
De argumenten voor de juiste bandenspanning zijn bekend en winnen met de huidige, hoge brandstof- en bandenprijzen alleen maar aan geldigheid: banden op de juiste spanning verlagen het brandstofverbruik immers, waardoor ze ook nog eens minder CO2-uitstoot veroorzaken. Ze gaan langer mee, want slijten minder, waardoor ook de uitstoot van microplastics wordt beperkt. En de wegligging verbetert aanzienlijk. Toch ziet ook Brinksma dat het de automobilist maar moeilijk duidelijk is te maken elke twee maanden even naar de bandenspanning te kijken. “Hier ligt een taak voor de overheid, maar ook voor de bandenspecialist. Elk bezoek aan de bandenspecialist betekent dat je banden op spanning worden gebracht. Een halfjaar geleden zijn twee websites gelanceerd die consumenten helpen de aandacht te vestigen op bandenspanning, vindbandenpomp.nl en watismijnbandenspanning.nl. Bandenbedrijven kunnen aan die campagne bijdragen door te zorgen dat hun bedrijf op die sites te vinden is. Als je het duidelijker maakt waar consumenten hun banden op spanning kunnen brengen, gebeurt dat ook vaker.”
“Daarnaast is het van belang dat de medewerker achter de balie de consument op zijn banden wijst. Men neemt het gewoon niet zo nauw. Misschien dat de hoge brandstofprijzen daar wat aan veranderen, maar het blijft moeilijk. Iedereen breekt zijn brein erover hoe die gedragsverandering kan worden bewerkstelligd, maar dat blijkt buitengewoon lastig te zijn.”