In opvolging van 23 eerdere verzoeken heeft de stichting Kom van dat gras af nog eens 28 handhavingsverzoeken naar 13 verschillende Nederlandse gemeenten gestuurd om gedaan te krijgen dat niet langer rubbergranulaat wordt uitgestrooid over kunstgrasvelden.
De 23 eerdere handhavingsverzoeken betroffen gemeenten in Noord-Nederland. De nieuwe verzoeken zijn gedaan aan gemeenten in het midden en oosten van Nederland. Behalve dat de stichting van mening is dat het slecht is voor het milieu, stelt de stichting dat veel zaken rond het verspreiden van versnipperde oude voertuigbanden op sportvelden nog niet voldoende onderzocht zijn. De stichting wil daarom met de handhavingsverzoeken bewerkstelligen dat wordt gestopt met de verspreiding van rubbergranulaat op sportvelden.
Recybem
In Nederland is Recybem verantwoordelijk voor de inzameling en verwerking van oude voertuigbanden. De uitvoeringsorganisatie moest zich eerst verweren tegen de claims dat rubbergranulaat schadelijk zou zijn voor de volksgezondheid. Aan de hand van onderzoek concludeerde het RIVM in 2016 al dat het gebruik van rubbergranulaat op sportvelden veilig is.
De stichting Kom van dat gras af luidt een nieuwe fase in de strijd tegen rubbergranulaat op sportvelden in door een beroep te doen op de Wet bodembescherming. Voor Recybem verandert dat niets aan het uitgangspunt dat rubbergranulaat veilig is. Voorzitter Kees van Oostenrijk: “Alle rapporten over de gezondheidsrisico’s van rubbergranulaat ondersteunen ons daarin. Daarbij is zo’n handhavingsverzoek niets anders dan een verzoek om een bepaalde wet te handhaven. Er wordt niets verboden. Wij vinden ook dat rubberkorrels niet buiten de sportvelden thuishoren, maar dat is gewoon een kwestie van good housekeeping. Na de maaltijd veeg je ook de broodkruimels bij elkaar. We zijn daarom een campagne gestart om sportclubs te helpen zorgen dat die korrels op het veld blijven.”
Ultieme doel
Uiteindelijk wordt maar 20 procent van de afgewerkte banden verwerkt tot rubbergranulaat. Van Oostenrijk: “In volume van gebruikte banden zelfs nog minder, want er worden ook andere materialen, zoals nylon en staal uit teruggewonnen. 80 procent wordt hergebruikt in paardenstallen, geleiderails etc. En we zoeken daarnaast naar nieuwe toepassingen. Het ultieme doel is natuurlijk om afgewerkte autobanden te kunnen hergebruiken bij de productie van nieuwe banden. Rubber is een natuurproduct en ook niet oneindig beschikbaar. In Nederland lopen we daarin voorop en worden in 2021 vijf fabrieken geopend die rubber uit banden weer geschikt kunnen maken voor de productie van nieuwe banden.”