Bij de acceptatie van autonoom rijdende auto’s openbaart zich volgens Bosch een verschil tussen perceptie en realiteit. De huidige generatie bestuurders toont huiver om het stuur over te geven aan de techniek; anderzijds verlangt ze van haar toekomstige auto in 2025 wel zaken als zelfstandig parkeren, afstand houden en navigeren.
De Duitse toeleverancier liet in het Verenigd Koninkrijk ruim tweeduizend automobilisten reageren op het thema autonoom rijden. Met name de 55-plussers (42 procent) gaven aan dat zo’n voertuig hen op dit moment in geen enkele verkeerssituatie een veiliger gevoel zou bieden. Waarbij gezegd dat deze groep ook het vaakst zei te weinig van dit onderwerp af te weten.
Opvallend: gevraagd naar wat zij verwachten van een toekomstige auto, noemt twee derde van de gepeilde volwassenen functies die momenteel al in serieauto’s aanwezig zijn. De resterende 33 procent van de over tien jaar gewenste features zal binnen twee jaar het productiestadium bereiken. De meeste volwassenen willen dat hun nieuwe auto zelf een veilige afstand tot de voorligger aanhoudt (66 procent), de regie voert om een aanrijding te voorkomen (56 procent), zichzelf parkeert (55 procent) en de verkeersdrukte c.q. omleiding regelt (51%).
Zesjarigen
Onvoorwaardelijke acceptatie van autonoom rijden is er bij een groep zesjarigen die Bosch eveneens peilde over dit onderwerp. Deze toekomstige bestuurders gaan er voetstoots van uit – eist het zelfs – dat hun auto straks autonoom een vooraf ingegeven rit van A naar B kan volbrengen. Op de verlanglijst staat verder: eigenhandig een parkeerplaats kunnen vinden (en die benutten), voorstoelen die 180 graden kunnen draaien en rijden op elektriciteit. Ook de gedachte dat zeventig- en tachtigjarigen dankzij de zelfstandig rijdende auto kunnen blijven deelnemen aan het verkeer spreekt de jonge generatie aan.
