De fascinatie voor de Buggy begon bij Han Minnaar al op jonge leeftijd, nog voordat hij 10 jaar oud was. Hij vond het altijd hele stoere auto’s met een eigen look and feel. “Dat zag je terug in de films van Bud Spencer en Terence Hill. Ik weet nog dat ik als jochie dacht dat ik zo’n ding ooit wel zou moeten hebben.”
Han en zijn vader reden op dinsdagen altijd rond om auto’s te bekijken. Op een dag reden ze langs een collega die een Buggy had staan. “Ik weet nog dat ik tegen mijn vader zei: ‘Omdraaien en er gelijk heen!’. Het was ook nog eens een heel apart model dat ik niet kende. En juist dat vind ik lekker; iets hebben dat net even anders is dan anders. Ik had nog nooit met een Buggy gereden, maar zodra je instapt, ervaar je al dat gevoel van vrijheid. De vrijheid van de wind door je haren, geen gordels, geen deuren. Je zit helemaal buiten. Ik was op slag verkocht. En of ik het kenteken nog weet: 56-78-AH, ik heb ‘m namelijk nog steeds in mijn bezit.”

Offroad
“Zo rond mijn 23ste begon de Buggy-hobby echt te leven. Ik sloot me aan bij de Algemene Buggy Club Holland en later bij Kever Club Nederland. Het mooie van een Buggy is dat je er compleet je eigen invulling aan kunt geven. Zelfs als je tien dezelfde body’s naast elkaar zet, verschillen ze allemaal van elkaar. Iedereen maakt zijn eigen kleur, zijn eigen uitvoering, bepaalt de wielen die hij mooi vindt, écht alles. Je kunt ze helemaal maken zoals jij dat graag wilt.” Die liefhebberij van Han heeft zich de afgelopen jaren enorm ontwikkeld. “Na verloop van tijd liep ik op het International Keverweekend in Wanroij en zag ik mannen offroad rijden met hun Buggy’s. Mijn eerste buggy is echt een wegmodel, dus die kan dat totaal niet. Maar het kriebelde. Voor offroad heb je meer bodemvrijheid en grotere wielen nodig. Je raadt het al: ‘s avonds ging ik naar huis en ik speurde meteen het internet af voor iets leuks. Ik vond twee offroad-Buggy’s te koop, op slechts 10 km afstand van hier, dus ik heb ze allebei gekocht! Eén voor mijn vader en eentje voor mijzelf.”
Het goede doel
“Mijn eerste keer offroad in een Buggy was vooral een kwestie van ‘gewoon doen’. Ik had nog nooit offroad gereden, dus ik dacht: ‘Vol gas erin en we zien het wel’. Dat resulteerde in een koppeling die eruit gejast was, maar tegelijkertijd was het een mooie wijze les. En het mooie is: iedereen helpt elkaar, dat is gewoon geweldig. Die passie hebben we omgezet in iets moois. Vanuit de Keverclub kregen we de vraag om de ‘Buggybak’ te organiseren op het International Keverweekend.
‘Ik hou van modellen waar er weinig van zijn’
We hebben een groepje gevormd en nu doen we dat elk jaar. Het publiek mag bij ons instappen en meerijden op het offroad-parcours. We doen dit altijd voor een goed doel, zoals KiKa, de Wensambulance Limburg of Stichting Opkikker. Soms halen we zo tussen de 500 en 1500 euro op in één weekend. We vermaken het publiek, we hebben plezier en we kunnen een goed doel steunen. De dankbaarheid en de energie die je daarvan krijgt, is enorm.”

Sleuteldag
“Het delen van die passie doen we overigens ook dichter bij huis. Omdat wij hier een AD Garage hebben organiseren we hier nu de Brabantse sleuteldag voor de Keverclub Nederland. Eén keer in de maand, op de tweede zaterdag, komt iedereen hierheen. Ze kunnen dan lekker droog sleutelen in de werkplaats met bruggen die tot ieders beschikking staan. Ik vind dat belangrijk. Ik zeg altijd: alleen kun je niet alles, maar met elkaar kun je gewoon heel veel. Samenwerken is het toverwoord. Kijk, als je gestrest bent, duik je de schuur in en ga je lekker sleutelen. Dan word je vanzelf ontspannen, ik vind dat heerlijk.”
En de Buggy-passie? “Die stopt nooit. Ik ben op dit moment zelfs bezig om in mijn offroad-Buggy een 1900 turbo dieselmotor te leggen, in plaats van het keverblok. Gewoon om te kijken hoe dat gaat en om die power en dat koppel onderin te hebben voor het behendigheidswerk. Wat mijn ultieme buggy is? Dat is een moeilijke vraag. Ik hou van modellen waar er weinig van zijn, zoals deze paarse, mijn eerste, die oorspronkelijk wit was. Dus dan heb je je antwoord al. Ik herinner me nog dat ik hem tussen wat Ferrari’s en Porsches parkeerde en wat denk je, waar keek iedereen naar? Juist, naar mijn Buggy. Als ik ooit de kans krijg om er nog eentje te bouwen, dan moet hij echt grof zijn. Echt zo’n lomp, groot buizenframe, een beetje Big Foot-achtig. Het mooie is dat dit type auto zich nu eenmaal leent voor al die verscheidenheid, de buggy verveelt nooit.”