De gemiddelde nettowinst per dealervestiging is het afgelopen jaar gestegen naar 1,78 procent. Zonder NOW-steun kwam het dealerrendement uit op 1,45 procent. Het jaar ervoor was dat nog 0,87 procent.
Dat blijkt uit de Bovag branchebarometer van Bovag Autodealers. Bovag maakt daarbij de kanttekening dat het rendement weliswaar is gestegen, maar dat er ook redenen zijn voor zorgen, zowel voor de verkoopafdeling als de werkplaats van de dealer.
Marges
Het gestegen rendement komt vooral doordat de beperkte beschikbaarheid heeft gezorgd voor hogere gemiddelde verkoopprijzen, zowel van nieuwe (+18 procent) als gebruikte auto’s (+11 procent). Als gevolg daarvan stegen de marges. De bruto marge per transactie steeg ten opzichte van 2020 ruim 18 procent, de gemiddelde statijd van de voorraad nieuwe auto’s daalde van 88 naar 48 dagen en die van de occasionvoorraad van 89 naar 79 dagen. Vanwege de hogere marges steeg het resultaat van de afdeling verkoop met maar liefst 48 procent ten opzichte van 2020.
De omloopsnelheid van de voorraad nieuw steeg van 4,2 naar 7,7 en die van gebruikt van 4,1 naar 4,6. Die cijfers illustreren dat de voorraden flink afgenomen zijn en dat baart steeds meer zorgen.
Aftersales plust
In het magazijn steeg het gemiddelde resultaat met ruim 11 procent, grotendeels als gevolg van hogere prijzen, terwijl in de werkplaats gemiddeld bijna 12,5 procent meer winst werd genoteerd. De bezettingsgraad, de productiviteit en de efficiency namen toe en daardoor steeg ook het aantal gefactureerde uren per monteur, met bijna 5 procent tot 1.316 uren. De absorptieratio, oftewel de mate waarin aftersales de algemene kosten dekken, nam toe van ruim 70 naar 77,5 procent.
Kanttekeningen
Voorzitter Bert de Kroon van Bovag Autodealers benadrukt dat de cijfers veel problemen verhullen: “We hebben dan wel het hoogste gemiddelde rendement sinds 2009 gerealiseerd, dat cijfer behoeft wel vele kanttekeningen. De risico’s zijn namelijk ook substantieel toegenomen en het is nagenoeg onmogelijk om te voorspellen wat er dit en volgend jaar gaat gebeuren. Enerzijds door crisis op crisis waarmee we geconfronteerd worden, anderzijds door de vele aanstaande wijzigingen in dealernetwerken. Denk daarbij aan de agentschappen die veel merken in het vooruitzicht hebben gesteld. Bovendien bestaat een flink deel van het gerealiseerde rendement uit NOW-steun en de beschikbaarheid van zowel nieuwe als gebruikte auto’s gaat pijn doen.”
Ook voor de werkplaats is er nog veel werk aan de winkel, zegt De Kroon: “De productiviteit in de werkplaats moet omhoog. Het aantal gefactureerde uren per monteur is dan wel gestegen, het ligt desondanks na 2020 op het laagste niveau ooit. Ik wil er graag op wijzen dat schaalvergroting tegelijkertijd meer focus op de werkvloer behoeft, om zo de betrokkenheid en motivatie van medewerkers op peil te houden. Daar is het programma ‘Werken aan Aftersales’ van Innovam overigens uitermate geschikt voor en dat heeft in de praktijk ook al z’n vruchten afgeworpen. Ik raad alle collega’s aan daar gebruik van te maken.”