Met een nieuw beoordelingsprotocol heeft het Insurance Institute for Highway Safety (IIHS), de Amerikaanse tegenhanger van EuroNCAP, onlangs veertien geavanceerde rijhulpsystemen (ADAS) in negen voertuigen getest. Daarvan werd er één als ‘acceptabel’ beoordeeld (het Teammate-systeem van de Lexus LS), twee als ‘marginaal’ (GMC Sierra en Nissan Ariya) en de overige elf als ‘slecht’.

Voor de tests werden ADAS-systemen getest uit voertuigen van BMW, Ford, General Motors, Genesis, Lexus, Mercedes-Benz, Nissan, Tesla en Volvo. “De meeste systemen nemen niet eens adequate maatregelen om te voorkomen dat automobilisten hun aandacht verliezen voor wat er op de weg gebeurt”, aldus IIHS-president David Harkey.

Veiligheid

“Sommige automobilisten denken misschien dat gedeeltelijke automatisering lange ritten gemakkelijker maakt, maar er is weinig bewijs dat het rijden veiliger maakt”, aldus Harkey. “Spraakmakende ongevallen hebben laten zien dat het nieuwe risico’s met zich meebrengt wanneer systemen niet over de juiste veiligheidsmaatregelen beschikken.”

IIHS wijst er daarbij nogmaals op dat gedeeltelijk geautomatiseerd rijden niet hetzelfde is als zelfrijdend en dat de menselijke bestuurder te allen tijde alert moet blijven. “De tekortkomingen variëren”, zegt onderzoeker Alexandra Mueller namens IIHS. “Veel voertuigen registreren niet adequaat of de automobilist wel op de weg kijkt of stand-by is om in te grijpen. Veel systemen waarschuwen niet tijdig of dringend genoeg om de aandacht te trekken van de automobilist wiens aandacht aan het verslappen is. Bovendien blijven veel systemen actief wanneer veiligheidsgordels worden losgemaakt of andere vitale veiligheidsvoorzieningen worden uitgeschakeld.”

Verbetering

Hoewel het IIHS teleurgesteld is in de testresultaten is het instituut tegelijk positief gestemd, omdat veel systemen op onderdelen wel goed of acceptabel scoren. Autofabrikanten hebben ook al laten weten dat zij de resultaten van de tests van IIHS gebruiken om hun rijhulpsystemen te verbeteren.