Je zou verwachten dat de opkomst van de elektrische auto leidt tot zorgen bij producenten en verkopers van smeermiddelen en additieven. Hier is echter geen sprake van. Sterker nog, de toekomst wordt met optimisme tegemoet gezien
De elektrische auto is niet meer weg te denken uit het Nederlandse straatbeeld, maar dat betekent niet dat de smeermiddelen-industrie de koffers al aan het pakken is. Zij zien een toename in interesse in hun producten – ondanks of misschien juist dankzij de verduurzaming. Auto’s met een verbrandingsmotor, inclusief hybride modellen, blijven mateloos populair. Nu de subsidies voor elektrische auto’s langzaam worden afgebouwd, lijken de verkopen van elektrische auto’s achter te blijven.
Nog jaren in de markt
“Wij verwachten eerder een afname van het aantal elektrische auto’s dan een toename”, zo stelt Ronald Lippmann van Lioco. “Berijders hebben geen zin om wegenbelasting te betalen over deze substantieel zwaardere auto’s zodra de subsidies worden stopgezet.” Ook Joris Maerivoet van ITW Automotive Aftermarket Europe ziet het niet zo’n vaart lopen. “Vandaag is nog niet iedereen bereid om enkel elektrisch te rijden. Zolang de infrastructuur en gewoontes van de mensen zich nog dienen aan te passen, rest ons nog veel tijd om te positioneren”, zo stelt hij.
Er zijn nog 9,4 miljoen voertuigen op de weg die gevuld worden met olie.
Bovendien blijven auto’s met een verbrandingsmotor nog jaren in de markt. “Er zijn nog 9,4 miljoen voertuigen op de weg die gevuld worden met olie”, zo stelt Anca Vasiliu van Eni Benelux positief. “Uiteraard sluiten wij de ogen niet voor de toename van de elektrische auto: daar is ENI ook mee bezig.” Desondanks zien veel fabrikanten het aantal auto’s toenemen dat smeermiddelen nodig heeft.

“We zien dat de gemiddelde wagenparkleeftijd in de Benelux steeds hoger wordt”, aldus Jochem Verheij van Eurol Lubricants. “Auto’s worden ouder en prijzen van goed onderhouden occasions met verbrandingsmotor worden hoger. De wens is om langer met een auto te doen. Daarbij is goed en kwalitatief onderhoud de sleutel. Zeker omdat veel van deze occasions al uitgerust zijn met brandstof- en uitstootverlagende techniek waar je goed voor moet zorgen om het lang mee te laten gaan.”
Kwaliteit belangrijker
Om het brandstofverbruik van auto’s terug te dringen, zijn kleine motoren en olie met een lage viscositeit standaard geworden. Dit zorgt voor een flinke uitdaging voor smeermiddelen. Deze kleine motoren moeten bij normaal gebruik harder werken dan grotere motoren. Bovendien zijn ze meestal uitgerust met een snel draaiende turbo. Deze zaken zorgen ervoor dat de kwaliteit van de olie veel meer van belang is, om te voorkomen dat de motor in de soep loopt.

Nieuw olieregistratiesysteem van Alentec & Orion
Met de nieuwe NEX-U die leverancier Brekupa introduceert volgen werkplaatsen elke hoeveelheid smeermiddel en andere gebruikte servicevloeistoffen die gebruikt worden zodat deze gefactureerd kunnen worden. Bovendien ontstaat zo een efficiënt voorraadbeheer, met automatische waarschuwingen en vloeiend nabestellen wanneer dat nodig is, waardoor stilstand van de activiteiten wordt voorkomen. Het kan zowel draadloos als bekabeld geïnstalleerd worden.
Daar staat tegenover dat olie steeds dunner wordt. Ook dit gebeurt om het brandstofverbruik van een motor terug te dringen. Bij een lagere viscositeit ondervindt de motor minder wrijving, waardoor deze minder brandstof nodig heeft om de wielen te laten draaien. “We zien dat in de nieuwe verbrandingsmotoren steeds dunnere oliën gaan. Zo zijn er bijvoorbeeld modellen waarbij een 0W8 van toepassing is”, vertelt Joery van Schoot van Total Energies. “Tot de einddatum van verbrandingsmotoren met traditionele fossiele brandstoffen ligt bij motorconstructeurs en olieleveranciers de nadruk op milieu in de vorm van een dunner product, verversingstermijnen, carterinhouden en restricties m.b.t. afgewerkte olie en basisgrondstoffen.”
‘Enerzijds zie je een meer divers motorolieproductportfolio, anderzijds zie je dat fabrikanten steeds meer samenwerken’ Jochem Verheij, Eurol Lubricants
Met deze ontwikkelingen wordt de kwaliteit van smeermiddelen steeds belangrijker. “Door de ontwikkelingen in motorontwerpen zien we dat smeermiddelen steeds vaker gezien worden als vitaal onderdeel van de motor, in plaats van een bijzaak. Speciale motorolie en additieven worden steeds populairder. Ze worden op maat gemaakt voor specifieke motortypes, in plaats van meer generieke olie die breder toepasbaar is”, meldt Casper Hanken van Miller Oils Benelux.

Verbreding
Dit betekent dat er steeds meer verschillende producten in de markt komen. “Een universele olie voor alle auto’s, zoals we dat vroeger zagen, dat is er niet meer”, aldus Paul Steffers, sales manager bij Ardeca Lubricants. “Er komen steeds meer soorten olie. Dit vereist meer kennis van monteurs. Er is dus meer behoefte aan training.” Ook Eurol ziet het aanbod steeds ingewikkelder worden. Verheij: “Enerzijds zie je een meer divers motorolieproductportfolio, anderzijds zie je dat fabrikanten steeds meer samenwerken. Neem bijvoorbeeld Stellantis, waarbij 14 merken onder één vlag vallen. Dit soort grote samenwerkingen hebben de potentie om één en ander voor de toekomst weer overzichtelijker te maken.”
De verbreding van het aanbod is een uitdaging voor kleinere producenten, aldus Lippmann. “Kleinere spelers binnen de smeermiddelenbranche zullen hierop in moeten springen, willen zij bijblijven bij de grotere spelers in de markt.” Toch bieden de ontwikkelingen ook juist mogelijkheden, want een breder aanbod van producten heeft effect op de volumes. Dit ziet ook Jos van Dongen, product manager bij Alliance: “De trend is dat de volumes iets terug gaan lopen. Dit is echter minder dan verwacht, omdat er steeds meer auto’s op de weg komen. Dit helpt om het volume niet terug te laten lopen. Doordat er meer specifieke olietypes worden gevraagd, zal de omzet van leveranciers en garages niet teruglopen, omdat de kost- en verkoopprijzen ook hoger liggen.”
Sowieso liggen er voldoende kansen voor autobedrijven. Zo ziet Jaco van der Voet van BG Nederland dat in garages steeds vaker gebruikt gemaakt wordt van additieven. “Kwaliteit speelt hierin een rol”, zo stelt hij. “Het gebruik van de juiste additieven zorgt ervoor dat klanten terug blijven komen.” Ook Tec4 ziet hier mogelijkheden, zo legt Frans van Rijckevorsel uit: “Bedrijven zullen sneller de technische noodzaak van reinigen bij onderhoud gaan inzien. Dit jaar komen wij met enkele vernieuwende additieven, die voor autobedrijven met een werkplaats zowel technisch als commercieel zeer interessant kunnen zijn.”

Flushen
De steeds strenger wordende emissie-eisen en de daardoor toenemende complexiteit van motoren maakt de vraag naar additieven alleen maar groter, zo blijkt. Zoals Verheij van Eurol Lubricants het uitlegt: “Kleine motoren met hoge vermogens, directe brandstofinspuiting, uitlaatgasnabehandelingssystemen, ‘natte’ distributieriemen, exotische kleppenbedieningen – we hebben het allemaal in de markt gezien en zorgen op papier voor een laag verbruik en lage uitstoot. In de praktijk zorgen ze echter ook voor problemen. Dit soort oplossingen gaan gepaard met laag-viskeuze motoroliën zoals SAE 0W-20’s en SAE 0W-16’s. Om de problemen met dit soort motordesigns te voorkomen (of verhelpen) is het schoonhouden van de verbrandingskamer en injectoren van groot belang.”
“Hier komen brandstoffen van hoge kwaliteit in beeld, samen met verschillende reinigings- of kwaliteitverbeterende brandstofadditieven. Euro 7 is weliswaar niet definitief maar het voorstel geeft wel een blik op toekomstige maatregelen. Voertuigen moeten hun eigen uitstoot meten. We hebben het hier over gevoelige techniek gecombineerd met steeds meer fijnmazige filterdesigns waarvan kleine doorgangen en de sensoren voor het meten van de uitstoot gemakkelijk vervuild kunnen raken bij het gebruik van de verkeerde vloeistoffen. Om vervuiling tegen te gaan wordt flushen bij elke motoroliewissel steeds belangrijker.”
Kleine doorgangen en de sensoren voor het meten van de uitstoot raken gemakkelijk vervuild bij het gebruik van de verkeerde vloeistoffen.
Peter-Frans Pals, CEO van TUNAP Benelux ziet soortgelijke ontwikkelingen. “We zien natuurlijk de laatste jaren dat de emissienormen steeds strenger worden en dat de druk van Europa op de voertuigfabrikanten om aan deze normen te voldoen, steeds verder toeneemt. Het downsizen van de motoren, het bijvoegen van bio-ethanol in de brandstof en het nieuwe rijden zijn hier de gevolgen van. Deze combinatie leidt vaak tot een toename van verontreiniging in de motor. Dit is de reden dat de afgelopen jaren een toename is geweest in de preventieve verkoop van brandstofsysteemreinigers. We verwachten dat deze trend ook de komende jaren zich zal doorzetten.”
Ook bio-brandstoffen spelen een belangrijke rol in het geheel. Partikelfilters en katalysatoren die steeds fijnmaziger en effectiever worden, gaan moeilijk samen met de toename van bio-brandstoffen. randstofadditieven worden hierdoor belangrijker, legt Bernard Voortman van Kroon-Oil uit. “Technische problemen als gevolg van kritische uitlaatgas-nabehandelingssystemen en het gebruik van de bio-brandstoffen nemen toe. Dit komt ook door de strengere apk-eisen en de afkeur op uitlaatgas-emissies. Met name brandstofadditieven kunnen in een aantal gevallen de problemen voorkomen of verhelpen en zijn een relatief goedkope oplossing.”
Voorlopig zien producenten en verkopers van smeermiddelen en additieven hun toekomst zonnig in. Koen Verdruye, account manager bij Fuchs Lubricants voorspelt dat de globale markt voor smeermiddelen alleen maar toeneemt, van 140 miljard Euro omzet vandaag tot 180 miljard in 2030. Het aantal auto’s dat hun producten nodig heeft, zal niet snel af nemen. Daarbij wordt de vraag naar kwalitatieve smeermiddelen en innovatieve additieven alleen maar groter naarmate motoren complexer worden door de steeds strenger wordende milieu-eisen. Smeermiddelen en additieven zijn onmisbaar voor een duurzame toekomst.