Het CRS3-25 common-railsysteem betekent voor Bosch de primeur van een piëzo-injector met een injectiedruk van 2.500 bar. Het geoptimaliseerde injectiesysteem zou voor een fijnere verneveling zorgen wat de ontbranding ten goede komt, en dus verlaging van het brandstofverbruik. Een verdere stijging van de inspuitdruk is mogelijk maar er zijn kanttekeningen.
Dr Markus Heyn, president van de Bosch-divisie Dieselsystemen is van mening dat komend decennium de meerderheid van de dieselmotoren wel met een inspuitdruk van 2.000 bar uit de voeten kan. “Een verhoging naar 3.000 bar is niet onrealistisch, al denk ik wel dat het gebruik ervan zich zal beperken tot racemotoren en diesels met een groot vermogen.”
Verhoging van de inspuitdruk zorgt voor verhoging van het specifiek vermogen (ofwel meer vermogen per liter motorinhoud), maar zorgt ook voor een groter koppel. De injectietijd is bij hoge motorsnelheden dermate kort dat een hoge inspuitdruk van groot belang is voor een tijdige inspuiting en ontbranding van het mengsel. Met name motor met twee of drie turbo’s profiteren van drukken die boven de 2.000 bar uitstijgen.
Nu is die grens van 2.000 bar niet bijzonder meer, de Passat TDI bereikte dit niveau al in 1998, zij het met pompverstuivers. Vijf jaar later kreeg de Audi A6 3.0 TDI als eerste een common-railsysteem met piëzo verstuivers en een druk van 2.000 bar. Het genoemde CRS3-25 zal vanaf volgend jaar in serieproductievoertuigen terug te vinden zijn.