In mei maakte opleidingscentrum Innovam bekend te starten met opleidingen in schadeherstel. Inmiddels zijn de eerste trainingen van start gegaan in het nieuwe trainingscentrum aan de Newtonbaan 14 in Nieuwegein.

De vraag naar nieuwe schadeherstelopleidingen kwam met name vanuit verschillende schadeherstelketens. Rutger Huijsman, manager van de opleiding schadeherstel bij Innovam: “Zij zijn van mening dat de bestaande schadeherstelopleidingen achterlopen bij de stand van de techniek. Zij zeiden: ‘Geef onze branche vooruitstrevende en betaalbare opleidingen.’ Daarop zijn wij de opleidingen gaan moderniseren, want de branchekwalificatiestructuur en de toetsen die bijvoorbeeld bij de huidige AST3-opleiding horen, dateren alweer uit 2010.”

Schadeherstel is niet helemaal nieuw voor Innovam, dat al sinds enkele jaren schadehersteltrainingen verzorgt voor verschillende merkaccounts. Rutger Huijsman: “Dat is wel specifiek voor hun merkerkend schadeherstelprogramma. Wat we nu aanbieden, zijn generieke schadeherstelopleidingen: begrijpelijk, betaalbaar en toegankelijk voor de hele branche. Voor beide, zowel merkspecifiek als universeel schadeherstel, is een markt. Het is wel zo dat je niet van alle merken alles kunt weten. Daarom is het van belang dat je van het voertuig dat je repareert, weet waar je de informatie vandaan moet halen, want ook wij vinden dat je altijd moet herstellen volgens fabrieksvoorschriften. De veiligheid van de berijder is immers in het geding.”

Opleidingsniveau

Senior trainer Wilfred van der Stokker kan goed uitleggen waar het verschil in zit tussen de auto van tien jaar geleden en de auto van nu. “Vroeger had een auto verschillende systemen. Je had de body, elektronica, remmen en die hadden weinig met elkaar te maken. Een schadehersteller richtte zich op de body en de kans dat hij met elektronica te maken kreeg, was heel klein. Bij een nieuwe auto werken de body en al die systemen met elkaar samen.”

Wat Wilfred van der Stokker bestrijdt, is dat de moderne schadehersteller slimmer moet zijn dan de schadehersteller van vroeger, of over een hoger opleidingsniveau moet beschikken. “Hij moet wel over andere kennis beschikken. Vergelijk het met het verschil tussen een smartphone en een telefoon met een draaischijf. Van beide moet je weten hoe je ermee moet bellen. Een plaatwerker van vroeger had twee gouden handen. Een schadehersteller van nu moet ook met een computer kunnen werken. Het een is niet moeilijker dan het ander; je hebt er wel andere vaardigheden voor nodig.”

Tijdens de trainingen maken cursisten niet alleen kennis met de modernste auto’s, maar ook met de modernste apparatuur. Rutger Huijsman: “We hebben bijvoorbeeld verschillende systemen uitlijnapparatuur: een Hunter met meetkoppen op de wielen, waarmee we laten ervaren hoe er nu uitgelijnd wordt, en een touchless systeem van Launch, dat in anderhalve minuut een compleet uitlijnrapport genereert. Dat laatste apparaat is wel duurder. Of je kiest voor het een of het ander hangt af van het bedrijf waar je werkt. Wanneer je tweehonderd uitlijningen per jaar doet, heb je die extra investering snel terugverdiend. We vinden het belangrijk om deze vernieuwingen in onze trainingen op te nemen. We leiden mensen op voor wat er op hen afkomt, niet voor wat ze al weten.”

Wilfred van der Stokker geeft een voorbeeld uit de praktijk: “Bij demontage van onderdelen van het ADAS-systeem, zoals een radar in de grill, moet de radar altijd gekalibreerd worden. Wanneer het ADAS-systeem niet gekalibreerd wordt, kan het reageren op andere auto’s of objecten die geen gevaar vormen. Je moet dan denken aan een bloembak die langs de weg staat, of een auto die wordt ingehaald. Het ADAS-systeem denkt dat dit object een gevaar vormt en stuurt ineens de remmen aan, wat voor gevaarlijke situaties kan zorgen. De algemene gedachte is vaak dat het systeem in orde is zolang er geen waarschuwingslampjes branden.”
Rutger Huijsman vult aan: “Het wordt anders wanneer je de schade hebt hersteld en het systeem werkt niet. Dan moet je een diagnose gaan stellen en dat is wel een ander niveau. Zo ook het kalibreren van een ADAS-systeem na herstel, dat moet een AST’er op niveau 3 kunnen. Op het moment dat een kalibratie niet doorloopt, moet je een diagnose gaan stellen. Dan heb je het wel over niveau 4, maar ook daarvoor gaan we mensen opleiden. Dat kunnen we vanuit onze expertise op het gebied van diagnose en autotechniek, al is dat niet specifiek iets voor schadeherstel. Omdat we wel over die expertise beschikken, kunnen we dit snel ontwikkelen en aanbieden. Daar ligt de toegevoegde waarde van Innovam.”

AST

Een van de eerste opleidingen die Innovam nu al aanbiedt, is die voor de frontoffice professional. Die moet beschikken over meer dan de basiskennis van ADAS en andere voertuigsystemen, zo legt Rutger Huijsman uit. “Wat een frontoffice professional onderscheidt van een reguliere receptionist is dat we van hem of haar een theoretische AST’er maken. Eigenlijk moet de frontoffice professional dezelfde kennis hebben als de AST’er die het voertuig moet kunnen herstellen. Hij hoeft een schade niet zelf te kunnen herstellen, maar hij moet wel exact weten wat de AST’er daarvoor nodig heeft, aan technische informatie en onderdelen. Ook moet hij een uitlijnrapport kunnen interpreteren. Daar is kennis van wiel- en fuseestanden voor nodig. Zonder de juiste kennis kan de frontoffice professional geen herstelopdracht maken en de juiste onderdelen bestellen. Ten eerste ga je met je calculatie de mist in en ten tweede stokt het herstelproces in de werkplaats, omdat ze daar op een gegeven moment niet verder kunnen.”

Ook alle modules waaruit de AST-opleiding bestaat, heeft Innovam gemoderniseerd waar dat nodig was. Rutger Huijsman: “In de ‘oude’ AST-opleiding staat bijvoorbeeld dat je een xenon-koplamp moet kunnen vervangen. Tegenwoordig heb je led-matrix koplampen. Als je een led-matrix koplamp gaat vervangen, moet je wel begrijpen dat je die moet coderen en dat daar software bij komt kijken. Een praktijkvoorbeeld: bij een frontschade aan een Volkswagen ID.4 moeten de koplampen worden vervangen. Als je daarvoor niet over de juiste equipment beschikt, zul je al naar de dealer moeten, wat ten koste gaat van het rendement. Om het herstel in house te kunnen uitvoeren, bieden de technische specialisten van Innovam/Autoniveau schadeherstelbedrijven diagnose op afstand. Dit kan codering, programmering of diagnostische ondersteuning zijn. Ook zul je een (digitaal) koplampafstelapparaat moeten gebruiken en een diagnosetester om dimlicht en grootlicht correct af te stellen.”

Of deze kennis van diagnose in het schadeherstelbedrijf moet zitten, hangt helemaal af van het soort schadeherstelbedrijf. Rutger Huijsman: “Daarvoor is ook de Plusnorm van Bovag en Focwa in het leven geroepen. De nieuwe Plusnormering richt zich op veiligheidskritisch herstel, dat wordt gedaan door bedrijven die schades kunnen herstellen aan voertuigen met complexere carrosserieverbindingen, nieuwe materiaalsoorten, hoogvoltage systemen en elektronica ten behoeve van rijhulpsystemen (ADAS). Voor de Plusnorm moet een AST’er dat soort zaken zelf kunnen oplossen. Hij mag ze dan niet meer uitbesteden aan de dealer. De Plusnorm is echter niet verplicht en er zullen ook schadeherstelbedrijven zijn die daar niet voor zullen opgaan. Wat je wel krijgt, is dat er straks zoveel voertuigen zijn met ADAS of andere complexe techniek aan boord, dat het park auto’s waar je nog wel aan kunt werken steeds kleiner wordt.”

Hybride lesgeven

Door de coronamaatregelen heeft Innovam in 2020 versneld veel opleidingen opnieuw opgezet, met gebruik van webinars, instructiefilmpjes en dergelijke. Ook de schadeherstelopleidingen zijn hybride in die zin dat fysieke lesdagen nodig blijven, maar ze worden zo slim mogelijk ingezet. Wilfred van der Stokker: “Vroeger had je trainingen van twee, drie dagen die eruit bestonden dat iemand voor de klas liet zien hoe je iets deed. Ik probeer juist zo min mogelijk te doen en de cursist zelf aan het werk te zetten. Dan komt hij vanzelf met vragen hoe hij iets moet doen. Het blijven techneuten. Die moeten het zelf kunnen zien, kunnen voelen. We kijken wel goed naar waar je per se een docent bij nodig hebt. Sommige lesstof is prima via e-learning aan te bieden, maar praktijklessen blijven noodzakelijk. Bijblijven vraagt een investering van bedrijven, maar ook van de medewerkers. Hybride lesgeven zorgt ervoor dat een medewerker minder dagen afwezig is op de werkvloer, terwijl het kennisniveau up-to-date blijft. Dit draagt bij aan rendement van het bedrijf.”

Deel dit artikel op

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Laatste nieuws
Meest bekeken berichten
Recente Reacties
  • Fred on Camperaars tegen MRB-verhoging: “Volgens mij staat je verzekering dan ook stil.sep 25, 15:15
  • Els Vermeulen on Camperaars tegen MRB-verhoging: “Waarom word de Caravan niet belast daar rijden er nog meer van op de wegen. .sep 24, 09:35
  • Tim on Camperaars tegen MRB-verhoging: “Schande en nog eens schande wat die klote regering nu weer wil doen met de motorrijtuigenbelasting,in 2014 hebben ze dit…sep 20, 11:48
  • Jeroen Blankestijn on De strijd om brons: “Jos, Volgens mij vergeet jij nog een importeur met 3 winkels… 🙂sep 6, 11:56
  • Henk on Camperaars tegen MRB-verhoging: “Ik vraag mij af als dit wel mag en rechtsgeldig is om het te verhogen met 100%, dit mag volgens…sep 5, 19:35