Op maandag 10 maart overleed Frans van Heck op 89-jarige leeftijd. “Mooie leeftijd”, zegt menigeen en dat is begrijpelijk. Hoewel niet onverwacht, begint op dat moment bij mij het gevoel van een emotionele rollercoaster waarin de periode vanaf 1982 in flarden door mijn hoofd schiet.
Ik leerde Frans kennen toen ik, als voorzitter van de rebellenclub JCG-Autovak, hem ontmoette als voorzitter van RAI-Autovak. Die eerste persoonlijke ontmoeting, geïnitieerd door de legendarische RAI-secretaris Joop Kerseboom, bleek achteraf zo’n moment waarvan een mens zich altijd blijft herinneren waar hij op dat moment was. Een soort fotografisch stilleven dat nooit uit je geheugen verdwijnt. Ik werkte toen voor Continental en besefte op dat moment natuurlijk niet waarin deze “kruispunt van wegen” uiteindelijk zou uitmonden.
Ruim een jaar later vroeg Frans me te komen werken voor Van Heck & Co, het bedrijf waarvan hij samen met z’n zwager Bas Brand eigenaar was. Ik was me toen niet bewust wat deze stap zou betekenen voor mijn toekomst en m’n persoonlijke band met Frans. Dat we van de 28 jaren die daarop volgden, gemakkelijk een boeiende Netflix serie zouden kunnen maken, begrepen we toen beiden nog niet.
Frans van Heck was niet alleen een intellectueel zakenman met een brede ervaring, maar ook een warme persoonlijkheid, een levensgenieter, een creatief denker, een sociaal betrokken man, maar vooral een “mensen mens”. Het gemak waarmee hij relaties bouwde met de meest uiteenlopende mensen was opvallend. Een cocktail van branchekennis, humor, zelfspot, flair en nuchterheid was zijn handelsmerk. Hij sprak op elk niveau vloeiend Duits, Frans, Engels en Rotterdams en opende daarmee elke deur.
Zijn netwerk was dan ook groot. Z’n niet aflatende inzet voor RAI-Autovak en de Europese zusterorganisatie Figiefa maakten hem een strijder voor het “universele” kanaal voor auto-onderhoud, vrij gebruik van onderdelen en recht op OEM informatie voor universele werkplaatsen. De universelen werden door autofabrikanten weggezet als “piraten” en bij behandeling van wetsvoorstellen in het Europees Parlement droegen Frans en z’n Figiefa kornuiten dan ook een “piraten ooglapje” om die onterechte beschuldiging onder de aandacht te brengen.
Onze gezamenlijke creativiteit om Van Heck & Co groter en sterker te maken kende nauwelijks grenzen. We slaagden erin om binnen het bedrijf een jonge managementgroep te ontwikkelen die zichzelf YBM (Young Blue Movement) noemde. Frans was er trots op en present bij hei-sessies en weekends samen met YBM-mers. Het potentieel van deze groep vakkundige enthousiastelingen bleek doorslaggevend in de jaren daarna.
Nadat Bas Brand met pensioen ging en het bedrijf als aandeelhouder verliet, was het Frans van Heck die mij de gelegenheid gaf om die rol over te nemen. Het veranderde mijn betrokkenheid niet, maar ik waardeerde die geste van Frans natuurlijk enorm. Samen reisden we de wereld rond. Vaak naar de USA, maar ook naar China en naar veel collega’s en leveranciers binnen Europa. Die reisperiodes benutten we ook om te sparren over ontwikkelingen, nieuwe ideeën en trends. Daaruit kwamen de meest uiteenlopende initiatieven voor de ontwikkeling van ons bedrijf voort. Just In Time en Same Day waren toen nog onbekende begrippen in de onderdelen-distributie. Wij geloofden er heilig in, ook toen we werden bespot door concurrenten. “Van Heck rijdt met bijna lege vrachtwagentjes van niks naar nergens” liet een concurrent optekenen in een vakblad. Ik denk dat hij nog moet blozen als hij dit leest. Frans geloofde heilig in logistieke vernieuwingen. Zijn netwerk bracht ons ook bij Professor Jos Vermunt, die ons begeleidde bij de opzet en de uitrol.
Maar ook commercieel moedigde Frans van Heck initiatieven aan die alleen een echte entrepreneur aandurft. Zoals Vakgarage, Mijngrossier, Yellow Box, Partsnet, Mijngarage en Autofirst. En dat allemaal in een tempo waar Donald Trump met z’n decretenstroom jaloers op zou zijn. Voor Frans van Heck was geen helling te steil, geen berg te hoog! Frans genoot van successen en toonde zich ook een echte Rotterdammer als het tegenzat. “Sterker door Strijd Adriaan” was steevast z’n reactie. Dit devies uit het wapen van de stad waar het allemaal begon, leek in zijn ziel gekerfd.
We vierden onze successen intensief. Van onze Duitse collega’s in Temot International, waarvan Frans van Heck oprichter en jarenlang bestuurder was, leerden we wat de uitdrukking “hart arbeiten, hart feiern” betekende. Samen met ons team vergaten we niet te genieten. Degenen die dat meebeleefden hebben daar zoete herinneringen aan en in de anekdotes erover komt Frans altijd voorbij als onvergetelijke gangmaker.
Joke van Heck heeft het als echtgenote méér dan 63 jaar allemaal van dichtbij meegemaakt. Bij bedrijfsfeesten en gelegenheden was ze er altijd bij. Ze was betrokken en genoot zichtbaar van haar trotse echtgenoot en het bedrijf dat zijn naam droeg. Voor haar moet het gemis het grootst zijn, want de krater die zo’n verlies veroorzaakt is enorm. Mijn gedachten zijn daarom bij haar en haar naaste familie. Ik hoop dat alle mooie herinneringen aan het “tijdperk” dat Frans van Heck heet, hen zal helpen dit verlies te verwerken.
Adriaan Roggeveen
Eén reactie
wat een mooi stuk over uw zakenpartner voor vele jaren. gecondoleerd en sterkte