Dagvoorzitter Clem Dickmann verdeelde de aanwezigen op het 7e Nationaal Aftersalescongres al in zijn introductie in dealers en universelen: Vak D en Vak U. Of die ooit samen in één vak terecht zullen komen, was een van de terugkerende thema’s tijdens het congres. De meningen waren nogal verdeeld.

In zijn keynote speech haalde hoofdredacteur van Aftersales Magazine Jos Veldhuisen een recent rapport van ICDP aan. Daarin komt naar voren dat dealers met hun krimpende netwerken de universele garages nodig hebben om de klant te kunnen blijven bereiken. Die mogelijke samenwerking tussen dealer en universeel was uiteraard voer voor discussie, zowel in het forum van dealers als het forum waar het universele kanaal in zat.

Vak D

Aan de dealertafel zaten Eric Berkhof (Van Mossel Automotive Groep), Thijs Bochane (Bochane Groep) en Theo Mulder (Volvo-dealer Bangarage uit Amsterdam). Mulder opereert vooral vanuit het merk en stopte ook met de Carprof-formule. Bij de verkoop van onderdelen aan universelen bijvoorbeeld is Mulder passief. “De universeel is niet mijn compagnon, maar ik sluit hem niet uit. Als iemand bij mij onderdelen wil kopen, vind ik het prima. Ik denk ook dat het merk Volvo minder bij de universeel terechtkomt. De service return bij Volvo is 49 procent. Er is ook nog maar één vestiging van waaruit we universelen beleveren.” Thijs Bochane staat er met de Bochane Groep iets anders in. “De afgelopen jaren waren we vrij reactief in de levering aan universelen. We zijn wel van plan om meer verbinding te krijgen met universele garages in onze verzorgingsgebieden. Ik zie dat dan ook breder dan alleen de levering van onderdelen. Het gaat dan ook om complex onderhoud of storing en diagnose. Geen cherry picking, maar een model waarin we elkaar versterken.” De Van Mossel Groep is al wel actief met het leveren van onderdelen aan schadeherstelbedrijven. Eric Berkhof: “Op dezelfde manier willen we ook gaan leveren aan universelen. Het blijft een uitdaging om auto’s van alle bouwjaren van onze merken naar onze garages te krijgen. Een groot deel van die omzet blijft bij de universeel. Wie zijn wij dan om niet te ontzorgen, door het leveren van onderdelen en daar waar nodig technische informatie?”

Vak U

Aan de tweede forumdiscussie, met vertegenwoordigers van het universele kanaal, deden mee Gerard ten Buuren (Bovag Onafhankelijke Autobedrijven), Johan van der Hoeven (directeur LKQ/Fource), Matthijs Verhaar (directeur Profile Car & Tyreservice) en Cor Baltus. Hij is behalve directeur van Partspoint ook iemand die zich namens RAI Aftermarket binnen Figiefa sterk maakt voor een Europees gereguleerde vrije markt – vooral waar het gaat om de toegang tot data. Baltus komt dan ook vooral op voor het universele kanaal, dat hij kernachtig samenvatte in de zin: “Ik geloof dat je je ziel aan de duivel verkoopt als je als universeel een partnerschap aangaat met de dealer, op dit moment. Ik zie in Brussel dat autofabrikanten een keihard gevecht leveren voor meer controle over de keten en om een groter deel van het wagenpark in onderhoud te krijgen.” Baltus stond daarmee lijnrecht tegenover Johan van der Hoeven, die wel verwacht dat er meer samenwerkingsverbanden zullen ontstaan tussen dealers en universelen. “We zijn recent nog benaderd voor een pilot om samen te werken met een dealerholding. Of we bereid zijn om de omzet te delen? Mits er aan beide zijden geld wordt verdiend. Win-win is nog geen winst-winst.” Dat is ook de mening van Gerard ten Buuren, voorzitter van de Bovag-afdeling Onafhankelijke Autobedrijven. “Je hoeft er niet eens over na te denken. Zonder samenwerking kan het niet meer, gezien de technische complexiteit van auto’s. De ontwikkeling gaat zo snel, het is niet bij te houden. Je ontkomt niet aan een bepaalde mate van specialisatie en dus zul je moeten samenwerken met dealers.”  
Deel dit artikel op
Laatste nieuws
Meest bekeken berichten
Recente Reacties