In Nederland werden vorig jaar meer dan drie keer zoveel kilometers afgelegd met personenauto’s van negen jaar of ouder als in 1990. Ging het destijds nog om 11,7 miljard kilometer, in 2018 was dat opgelopen naar 51,5 miljard. Dat meldt het CBS op basis van nieuwe cijfers.
Van de 150,6 miljard afgelegde kilometers door Nederlandse motorvoertuigen in 2018 kwam het grootste deel voor rekening van personenauto’s (81 procent). Dat zijn 43 procent meer autokilometers dan in 1990. Gedurende deze periode nam ook het aantal personenauto’s toe, van 7,5 miljoen in 2001 naar 9,6 miljoen in 2018. Per auto werd er gemiddeld juist minder gereden. Het gemiddelde jaarkilometrage in 2001 bedroeg 13,8 duizend, in 2018 was dat 13,0 duizend.
Autokilometers
Van alle Nederlandse autokilometers werd 70 procent in 2018 afgelegd op benzine. In 1990 was dit 64 procent. Het aandeel dieselkilometers nam toe van 20,2 in 1990 naar 28,3 procent in 2018. Bij 2,7 procent betrof de rit vorig jaar een volledige elektrische personenauto of een plug-in hybride. Het CBS berekent sinds 2015 het aantal kilometers van plug-in hybrides en volledig elektrische personenauto’s. In het startjaar legden ze samen bijna 1,6 miljard kilometer af. In 2018 was dit aantal meer dan verdubbeld, tot 3,2 miljard kilometer. Bijna 650 miljoen kilometer hiervan werd afgelegd door volledig elektrische auto’s en 2,6 miljard door plug-in hybrides.
0 reacties
Logisch gevolg van het feit dat auto’s steeds beter zijn geworden.
Wim Ruberg
Vergeet ook niet het ‘demografisch effect’. Ik maak even de parallel met de bevolkingsdiagrammen en bijvoorbeeld het effect daarop van de babyboomers. De resulterende vergrijzing zorgt voor een piek in die diagram bij de leeftijden 45-70. Vertaal dat naar de nieuwverkopen in ons land: de piekjaren liggen achter ons. Als van elk bouwjaar (ik zeg niet dat dat zo is) jaarlijks hetzelfde percentage wegvalt dan blijven er dus meer over in de verkooprijke bouwjaren. Dat de verkoopcijfers achterblijven kon maar zo het gevolg zijn van de hoge nieuwprijzen in ons land en dat wijst weer naar de BPM-discussie.