Of de zelfrijdende auto er nu wel of niet komt, we weten pas wat de mogelijkheden en onmogelijkheden ervan zijn als we ermee kunnen testen. Een bezoek aan K-City in Zuid-Korea maakte al iets meer duidelijk van wat ons op dat gebied te wachten staat.
Als gast van de Korea Transportation Safety Authority werd Aftersales Magazine ontvangen in de gedigitaliseerde, 360.000 vierkante meter grote spookstad K-City, door de Koreanen zelf ook wel Pilot City genoemd. Hier testen de Koreaanse overheid, LG, Samsung en autofabrikanten als Kia en Hyundai hun zelfrijdende auto’s, connectiviteitsoplossingen en rijhulpsystemen als ADAS. Het is de integratie van al deze concepten die mede de toekomst van de autobranche gaan bepalen. Dat er een breed contingent aan partners is waarmee testen en onderzoeken worden uitgevoerd, is ook hard nodig om de systemen op elkaar aangesloten te krijgen, zowel technisch als commercieel.Samenwerking
De economische groei in Zuid-Korea wordt aangejaagd door de technologie. Zo ligt er de uitdaging om de responstijd tussen het moment waarop de auto een gevaarlijke situatie detecteert en het moment waarop hij reageert zo klein mogelijk te laten zijn, minder dan één milliseconde liefst. Daarbij zijn overheid en industrie diep met elkaar verstrengeld, vanuit de gedachte dat je elkaar alleen maar kunt versterken als je samenwerkt. Die Zuid-Koreaanse overheid droeg dan ook omgerekend zo’n tien miljoen euro bij aan de ontwikkeling van K-City. Het Koreaanse Ministerie voor Grond, Infrastructuur en Transport heeft in transportminister Kim Hyun-Mi ook een groot pleitbezorger voor een brede samenwerking als het om mobiliteit en connectiviteit gaat. Zij heeft een hekel aan red tape en handelt snel bij het stimuleren van innovaties. De industrie vaart daar wel bij. Zo was het ministerie bepaald niet terughoudend om vergunningen af te geven om met semi-zelfrijdende auto’s de weg op te gaan. Hyundai werd geen strobreed in de weg gelegd voor het testen van het Ioniq-concept. Ook Samsung en LG konden snel over vergunningen beschikken om zelfrijdende auto’s en hun systemen in de dagelijkse praktijk te kunnen testen. Het is gezien de inspanningen die de overheid van Zuid-Korea pleegt dan ook niet verwonderlijk dat hier dit jaar alweer voor de derde keer de World Autonomous Motor Show zal worden gehouden.Niveau 3
Het accent ligt in K-City momenteel op twee zaken. Ten eerste willen de Koreaanse autofabrikanten als eerste, in 2020, een zogenoemde niveau 3 autonoom rijdende personenauto als standaard productiemodel op de markt brengen. Ze hebben daarbij concurrentie van onder meer Tesla, die nu al niveau 2 auto’s op de weg heeft, en BMW, dat op het punt staat met de iNext een niveau 3-model te introduceren.
Volvo waarschuwde onlangs dat het te snel introduceren van zelfrijdende auto’s verkeerd kan uitpakken voor de acceptatie van autonoom rijden door het grote publiek als het te vaak fout gaat. “Je moet 100 procent veiligheid kunnen garanderen als je het autorijden niet meer aan de berijder over wil laten”, stelde Håkan Samuelsson, ceo van Volvo. Juist daarom wordt in K-City uitgebreid getest, ook met nog niet geïntroduceerde innovaties, op alle denkbare soorten verkeerswegen: van snelweg tot stadscentrum, van provincieweg tot rondweg, rotonde, complexe kruising en treinovergang. Het wordt dan ook steeds belangrijker om de technologieën die auto’s laten communiceren met andere voertuigen (V-to-V), de infrastructuur (V-to-I) en de leefomgeving, waaronder voetgangers (V-to-X), uitgebreid te kunnen testen.