ICDP meldde enkele maanden terug op het internationale dealercongres in Verona dat er een onderzoek was gestart naar de succesfactoren van het universele autobedrijf. De doelstelling is om er voor merkdealers lessen uit te trekken. De eerste bevindingen en analyses zijn gepresenteerd aan brancheorganisaties, importeurs, auto- en onderdelenfabrikanten.
In eerste instantie wordt – als vanouds – gedacht aan het langer vasthouden van oudere auto’s in de dealerwerkplaats. Een déjà vu-gevoel speelt op, maar deze keer lijkt het erop dat dealerbedrijven echt moeten en ook zullen gaan omschakelen. Daarbij wordt behalve de focus op één merk (of merkportfolio) ook de aandacht gevestigd op een multimerkenaanpak.
De Europese aftermarket is ruim 200 miljard euro groot (exclusief Btw), waarbij de verhouding onderdelen en werkplaatsuren ongeveer 50/50 is. De groeipotentie wat betreft marktaandeel ten aanzien van klanten/auto’s en zeker ook automerkgebonden onderdelen, ligt volgens ICDP bij het uitbouwen en koesteren van het netwerk erkende reparateurs.
Op Europees niveau is er een dalende trend ten aanzien van het aantal erkende reparateurs. Van 45.800 in 2005 naar 45.100 stuks in 2010. In Nederland is dat precies andersom. Daar steeg het aantal juist fors ook, al gaat het in aantallen maar om 200 garagebedrijven. Het gaat daarbij om een redelijk aantal ex-dealers die in business kunnen blijven door als erkend reparateur verder te gaan.
Lees hier het hele artikel in Aftersales Magazine nummer 9 over het potentieel van de erkende reparateur.