Door lagere opbrengsten en hogere kosten dan in 2021 rapporteert de RDW over 2022 een tekort op de balans van 10,6 miljoen euro, waar een tekort van 4,2 miljoen was begroot. Voor 2024 kondigt RDW daarom een tariefsverhoging aan.
Een en ander blijkt uit het jaarverslag van de RDW. De lagere opbrengsten komen vooral voort uit het verminderde aantal inschrijvingen en tenaamstellingen, omdat er in 2022 simpelweg minder voertuigen zijn verkocht. Ook zijn er minder rijbewijzen uitgegeven en was er sprake van een tariefdaling van gemiddeld 0,9 procent.
De hogere kosten zijn het gevolg van hogere personeelskosten en noodzakelijke investeringen, zoals het opleiden van medewerkers in nieuwe techniek in voertuigen en het investeren in machines, installaties en locaties. Aan de ene kant kondigt de RDW voor 2024 een tariefsverhoging aan. Die wordt wel enigszins gedempt door het inzetten op kostenreductie in 2023, aldus de RDW.
Dienstverlening
Op het gebied van de dienstverlening had de RDW ook in 2022 nog te kampen met de naweeën van de coronapandemie. Hierdoor is bijvoorbeeld het steekproefpercentage uitgekomen op 2,7 procent, waar 3 procent de norm is.
De technische beschikbaarheid van de RDW-dienstverlening was in 2022 nagenoeg 100 procent, aldus directeur bedrijfsvoering Zeger Baelde. “Dat is echt een knappe prestatie van de ICT-collega’s, want we doen allerlei aanpassingen op de achtergrond waar de klant niks van merkt. Deze aanpassingen zijn cruciaal voor de continuïteit van onze dienstverlening.”
Op allerlei manieren bereidt de RDW zich voor op de komst van geautomatiseerde voertuigen. Zo is in 2022 de eerste typegoedkeuring voor cybersecurity en software-updates afgegeven.
2023
Inmiddels werkt RDW aan nieuwe dienstverlening, zoals het online verlengen van het rijbewijs. Voor 2023 verwacht de dienst de dienstverlening op niveau te kunnen houden. Algemeen directeur Jantina Woudstra: “Vertrouwen in de overheid is niet vanzelfsprekend en dat beseffen we terdege. Elke dag is weer een uitdaging om het beste te doen voor burgers en bedrijven; het is een opgave die we heel serieus nemen.”