De vakantieperiode is weer verleden tijd en de verkeersdrukte op de snelwegen daarmee weer als vanouds. Of erger, gezien de werkzaamheden her en der. Twee grote evenementen die ik in die vakantieperiode mocht bezoeken laten zien dat het ook anders kan.
Of je nu te gast was op het Circuit van Zandvoort tijdens de GP of ten tijde van de Olympische Spelen Parijs bezocht, de auto stond in de mobiliteitshiërarchie onderaan. Zandvoort ging, net als tijdens de vorige drie edities, geheel op slot voor autoverkeer. Grofweg 300.000 mensen bezochten het evenement in de duinen. Weliswaar minder dan de capaciteit toeliet maar dat lag aan een akkefietje met ticketverkopers.
Strandliefhebbers weten hoe onbereikbaar Zandvoort kan zijn bij grote mensenmassa’s. Dat moest en zou de organisatie achter de Dutch Grand Prix voorkomen en dat is ze gelukt door de alternatieven toegankelijk en realistisch bruikbaar te laten zijn. Vanuit het buitenland is er veel interesse voor deze mobiliteitsafwikkeling.
Idem voor de Spelen in Parijs. Van tevoren deden doemscenario’s de ronde, mede door vrijgemaakte rijstroken voor officials rond het evenement. Bus, trein en metro deden hun werk, aangevuld met (deel)fietsen en de benenwagen. Zelf was ik eigenwijs en heb zoveel mogelijk gewoon de auto gepakt om de wedstrijden te bezoeken. Dat ging verrassend goed.
Intussen staan de media vol mobiliteitscijfers van KiM. Dit Kennisinstituut voor de Mobiliteit becijferde dat elke tiende Nederlander vervoer ziet als een nauwelijks nog op te brengen kostenpost en elke twintigste Nederlander daardoor bezoek aan familie of ziekenhuis moet laten schieten.
Voor het merendeel van de mensen is de auto een noodzakelijk kwaad, een mobiliteitsoplossing die ze verkiezen door gebrek aan een beter alternatief. Evenementen zoals besproken kunnen laten zien dat het anders kan, daarbij geholpen door de almaar stijgende kosten van mobiliteit in het algemeen en automobiliteit in het bijzonder. Ik weet het, stad en platteland reageren anders op deze ontwikkelingen.
Denk niet dat men de auto massaal aan de kant zet. Het is volgens mij wel steeds belangrijker om oog te hebben voor de wensen en behoeften van de klant aan de servicebalie. Wat een auto kost wordt niet automatisch meer met de mantel der liefde goedgepraat.