Autovakmeester Guus. Aan zijn voornaam heeft Guus Smits genoeg voor de bekendheid van zijn autobedrijf in Schijndel. Vanaf 1 januari aangesloten bij Autovakmeester is het bedrijf het schoolvoorbeeld van waar de garageformule voor staat: vertrouwd onderhoud door een lokale held.

Partnercontent

Guus is een man met een hart van goud die geen klant in de kou zal laten staan. Ook voor zijn mensen zorgt hij goed, want dankzij een warmtekanon dat de ruimte met petroleum verwarmt, is het in de werkplaats behaaglijk. Guus: “In december kreeg ik een prognose voor de energiekosten in 2023. Die kwam uit op 29.000 euro. Daar werd Guus helemaal niet blij van, dus heb ik een oplossing bedacht. Voor de beeldvorming: in de week dat iedereen aan het schaatsen was, heb ik voor 650 euro aan gas verstookt. De marges in het autobedrijf zijn niet dusdanig dat dat uit kan.”

Bang voor het vuur is Guus niet. “Ik heb zeventien jaar bij de brandweer gezeten, dus ik ben wel op mijn hoede.”

Omwegen

Daarmee komen we op de omwegen die Guus heeft bewandeld voordat hij zes jaar geleden zijn eigen autobedrijf begon. “Ik ben nu 53. Als achttienjarige ben ik in de vrachtwagens begonnen, bij de BAS, de Volvo Trucks-dealer in Veghel. Omdat dat toch niet helemaal mijn ding was, ben ik buschauffeur geworden. Ondertussen sleutelde ik thuis wat aan personenauto’s en volgde ik af en toe een cursus. De onregelmatige tijden van een buschauffeur boden me ook de ruimte om er wat naast te doen. Nadat in 2015 een derde hernia-operatie fout was gegaan, kon ik mijn linkerbeen niet meer bewegen en ook geen bus meer besturen. Een jaar heb ik gesukkeld en kon toen, dankzij een neurostimulator, toch weer mijn been gebruiken. Bij de pakken neerzitten was helemaal niks voor mij. Ik had een hele mooie Porsche in de schuur staan. Die heb ik verkocht en met het geld heb ik garage-equipment gekocht. Bij een autodemontagebedrijf ben ik toen begonnen met reparatie en onderhoud, samen met mijn vrouw. Na een jaar kon ik al het eerste personeelslid in dienst nemen. Na vier jaar had ik meer capaciteit nodig, maar die kon ik bij dat demontagebedrijf niet krijgen. In 2020 ben ik toen in dit pand getrokken. Ik huur het pand, dus zonnepanelen plaatsen is ook niet een investering die ik zelf kan doen.”

Wat voor Guus het belangrijkste is, is dat de klanten voor hem komen. “Waarom? Omdat ik de motivatie in het werk laat zien. Daar sta ik om bekend. Wat hebben we gedaan? Wat hebben we vervangen? Waarom hebben we dat gedaan? Leg dat de mensen uit. Laat de klant zien waar ze voor betalen. Auto-onderhoud is voor veel mensen al zo onduidelijk, vooral als het een storing betreft. Wij proberen die storing inzichtelijk te maken, door foto’s te maken, scope-beelden te laten zien. Als je ziet dat de klant daar behoefte aan heeft, besteed daar dan ook aandacht aan.”

Naamsbekendheid

De aansluiting bij een garageformule helpt zeker om die transparantie te bewerkstelligen. De keuze viel daarbij op Autovakmeester, vooral vanwege de ondersteuning die de formule biedt, zonder dat het Guus in een keurslijf dwingt. Guus: “Ik blijf eigen baas, maar als Autovakmeester krijg ik wel technische ondersteuning, met TECH360. Ze hebben een klantenpas. Ik lift mee op de naamsbekendheid van de formule en ze doen de marketing voor me. Dat werkt een stuk beter dan zelf je Facebook-pagina bijhouden. Hoe meer naamsbekendheid je kunt krijgen onder een landelijk merk, hoe beter het is. Langs twee toegangswegen hangt nu aan een lantaarnpaal een reclamebord. Bedenk eens hoeveel mensen die borden al hebben gezien! Zo’n reclamebord is niet goedkoop, maar daar kun je met je eigen marketing niet tegenop.”

Als lokale held verbaast het niet dat 90 procent van de klanten van Guus particulieren zijn. “Als Autovakmeester probeer ik wel via LeaseProf ook een stukje van de leasemarkt te bedienen. Een ontvangstruimte is aanwezig, er is WiFi, een toilet. Ik heb ook wel het idee dat ze zich daar bij Autovakmeester sterk voor willen maken.”

Klant

Met Alliance Automotive Group Benelux, dat achter de garageformule Autovakmeester staat, heeft Guus ook het alternatief van de Napa-onderdelen. “Je kijkt naar de leeftijd en de staat van de auto, en naar de klant. Als hier een auto staat met een dagwaarde van duizend euro en ik moet er voor zeshonderd euro aan verspijkeren, is hij dat waard? Voor zeshonderd euro heb je geen nieuwe auto, is het enige goede antwoord, maar je snapt dat ik daar dan geen Bosch-ruitenwissers op ga zetten. Uiteindelijk wil je de klant die hier zeshonderd euro heeft achtergelaten toch met een goed gevoel naar huis laten gaan, dus hang je een kaartje aan de spiegel met: ‘Uw auto is onderhouden door Guus. Bedankt voor uw komst.’ En je vraagt of ze een beoordeling willen achterlaten om de klanttevredenheid te kunnen meten. Dat hebben in de eerste drie weken al negen mensen gedaan. Het gemiddelde cijfer is een 9,9. Dat zegt toch genoeg?”

Baas

Naast Guus werken in het bedrijf nog drie monteurs, waaronder één die hij gedeeltelijk uitleent aan een collega-bedrijf, en een leerling-monteur. Als Guus even naar voren is om een klant te woord te staan, wil de leerling-monteur nog wel zeggen hoe hij Guus vindt, als baas. De twinkeling in zijn ogen zegt genoeg, al voegt hij daaraan toe: “Ik denk dà ge nergens nie zo’n baas zult vinden.”

Foto boven: Ook de vrouw van Guus werkt mee in het autobedrijf. Zij is er met name verantwoordelijk voor dat het er in de werkplaats zo netjes uitziet. Guus: “Dat is iets waar ik best wel trots op ben.”