De opkomst van Japanners en Koreanen werd ooit weggehoond maar ze zijn nu niet meer weg te denken uit zowel het straatbeeld als de werkplaatsen. China is het nieuwe Japan, het nieuwe Korea en zal dus prominent aanwezig zijn in de automotive. Vraag is alleen wanneer.
Voor dat we beginnen aan deze wagenparkanalyse even een forse disclaimer vooraf. De keuze is immers volledig discutabel. Wat is een nieuwe toetreder, wat is Chinees en wat niet? Telt de eigendomsstructuur of de productielocatie? Is Genesis (met een dozijn registraties) een nieuwe toetreder, hoewel het binnen het huis van Hyundai/Kia thuishoort? Volvo is verre van nieuw te noemen, maar kent wel een Chinese moeder. Toch beschouwen we dat wel als een Zweeds merk. Idem voor Polestar, met dat verschil dat het wel een nieuwe toetreder is. Smart is al 25 jaar oud, maar tegenwoordig voor een belangrijk deel Chinees. Toch staat het te boek als een Duits merk, ook voor die nieuwe modellen die zo hip met een hashtag beginnen. Snapt u het nog? Tijd voor wat voorbeelden in ons eigen park.
De focus voor deze analyse beperkt zich tot de kleine merken die vooral vanuit China een poging wagen onze markt te betreden. De bandbreedte die we hanteren begint bij bouwjaar 2018, vijf jaar dus in totaal. Neem een merk als BYD om te beginnen: geen twijfel over mogelijk, een nieuwe toetreder uit China. De bulk van de 1129 stuks is voor het eerst op kenteken gezet in 2022 of 2023. Het model Atto 3 is er vrijwel alleen voor verantwoordelijk met diens 1035 kentekens. De modellen Tang, Han en Dolphin zijn goed voor respectievelijk 45, 21 en 17 stuks.
Anglo-Chinees
Het door Van Mossel gevoerde MG staat bij dataleverancier RDC weliswaar formeel te boek als zijnde Engels maar de Chinese component is onmiskenbaar, zullen we het zo omschrijven? Met 10.696 stuks over de genoemde vijf bouwjaren een serieuze speler binnen deze analyse. Alleen Lynk and Co is groter, met 15.739 stuks zelfs fors groter en dat met slechts één model, een hybride nota bene in een veld vol EV’s. MG’s ZS, een naam daterend uit de Rover-tijden, is goed voor twee derde van het MG-volume. De 4 en 5 doen dan nog respectievelijk tweeduizend en duizend stuks, de Marvel R bijna vijfhonderd. Een derde van het MG-park is door particulieren geregistreerd.
Polestar pakt het brons na Lynk and Co (beide Geely-merken net als Volvo) en MG met net geen tienduizend stuks. Op 26 Polestars 1 na zijn het allemaal het type 2. Wat is dat toch met die naamstelling? Na de Polestars 1 en 2 komt de Seres 3 (ook in de lijst als DFSK Seres 3 overigens), de MG’s 4 en 5 maar ook de Seres 5. Xpeng zet er een P voor: P5 en P7 maar met tachtig stuks voor die laatste is P7 toch echt buiten bereik in ons land. De P5 houdt het vooralsnog bij tien stuks, alleen op naam van een vlooteigenaar. Bij de zeventig exemplaren van de G9 is de verdeling over de soorten eigenaren beter verdeeld. Bij Nio zetten ze wel twee letters voor het cijfer. De vijf modelnamen zijn goed voor 244 registraties. In totaal welteverstaan. Nio scoort bovendien hoog in de kolom ‘eigen registraties’ met percentages boven de tachtig procent voor de ET7, EL7 en ET5.
Hedin heeft inmiddels 55 exemplaren van de Hongqi E-HS9 geregistreerd. Tegenover tien particulieren staat een dubbel aantal rentals en zes ten name van de sector. Dat betekent dat elke derde Hongqi nu een rental betreft, goed voor een koppositie op dit vlak binnen onze selectie. Toegegeven, met een laag aantal als 55 stuks in totaal zijn verhoudingen snel vertekend. Aiways dat het tienvoudige geregistreerd heeft zit op verhuurpercentage van 13,5 procent wat nog altijd hoog is.
Het is ten slotte echt niet allemaal Chinees in deze lijst want we blikken ook naar de VS. Nee, geen Tesla’s want dat is inmiddels gevestigde orde. Lucid daarentegen is nog lang niet zover met 55 registraties, waarvan er 19 op naam van de sector zelf staan.
