Veilige, duurzame en betaalbare mobiliteit voor iedereen mogelijk maken. Het is dit doel dat brancheorganisaties in heel Europa nastreven en dat onder meer leidt tot een inniger samenwerking tussen reman en aftersales.

De aftersalesactiviteiten van het autobedrijf zijn de laatste B-to-C-schakel in een lange B-to-B-keten met de consument als eindklant. De euro’s die door de werkplaatsklant worden uitgegeven moeten de rest van de keten onderhouden. Tegelijkertijd moeten die werkplaatsen voor veilige (apk), betaalbare (efficiency) en duurzame (levensduur) mobiliteit zorgen.

Het Nederlandse apk-regime maakt de werkplaats tot het centrale aanspreekpunt voor de consument. Daarbij waarborgt de (onafhankelijke) automotive aftermarket de beschikbaarheid en inzet van bijvoorbeeld onderdelen, diagnose-expertise, technische informatie, voertuigdata, training, opleiding, ondersteuning en al wat nodig is om autobedrijven te helpen hun klanten veilig, duurzaam en betaalbaar mobiel te houden, met andere woorden: de kwaliteit van het rijdende wagenpark op peil te houden. Dat leidt tot een steeds ouder, maar zeker niet verouderd wagenpark. Bovendien past een wagenpark dat langer mee gaat dan sommigen zouden willen, naadloos in de duurzaamheidsgedachte. Met de kwaliteit van onze aftersales dragen werkplaatsen in belangrijke mate bij aan het verlengen van de productlevenscyclus.

Levensduur

Het verlengen van de productlevenscyclus wordt door steeds meer ondernemingen en instituties omarmd. Neem Forvia (Faurecia-Hella), dat een aparte divisie Lifecycle Solutions heeft opgezet, onder meer voor de onderdelenvoorziening voor de aftermarket. Of neem de Europese brancheorganisatie Figiefa, die de term ‘aftermarket’ zelfs wil inwisselen voor Lifecycle Solutions Industry. Behalve repareerbaarheid en het toepassen van circulaire en reman-delen, speelt zeker bij de toekomstige auto ook het verlengen van de levensduur middels software updates en upgrades een niet onbelangrijke rol. Mamatha Chamarthi, hoofd Software Business & Product Management bij Stellantis, stelde enige tijd terug tijdens een webinar van de Financial Times: “Hoe ouder de auto wordt, des te moderner, met dank aan onze upgrades en updates.”

Transformatie

Repareerbaarheid, remanufacturing en hergebruik hebben een positieve impact op de door maatschappij en overheid gewenste duurzaamheid en circulariteit. Het al dan niet omwille van het milieu verjongen van het wagenpark lijkt nobel, maar heeft een beperkend effect op maatschappelijke doelstellingen op het gebied van circulariteit. Als auto’s veilig, duurzaam en betaalbaar worden gerepareerd en daardoor langer meegaan, worden significante besparingen ten aanzien van grondstoffen en energie gerealiseerd. Dat is een niet te onderschatten pluspunt als het om duurzaamheid gaat. De CSRD-regelgeving voor corporate duurzaamheid en circulariteit gaat hier voor sturend gedrag zorgen door wettelijke verplichtingen om duurzaamheidsinformatie vast te leggen en te delen als aanvulling op de jaarlijkse financiële rapportage. Het zal hergebruik en remanufacturing stimuleren, waarmee het belang van de werkplaatsen een nieuwe dimensie krijgt. Dat betekent wel een transformatie van ons automotive denken, waarin sales ondergeschikt worden aan aftersales.

Verdienmodel

“Deze transformatie van een sales- naar een aftersales-gedreven verdienmodel gaat uiteraard niet zonder wrijving”, benadrukte Jeroen van de Braak, sectiemanager RAI Aftermarket, onlangs nog. Wat hij bedoelt te zeggen is dat autofabrikanten, importeurs en hun dealernetwerken graag nieuwe auto’s in de markt zetten, maar veel partijen in de aftermarket het best gedijen in een sterke aftersalesomgeving. Het lijkt erop dat autofabrikanten al een stap in de richting van een duurzamere auto zetten door na te denken over het verlengen van de product life time. Bij het verlengen van die productlevenscyclus komt remanufacturing om de hoek kijken.

De werkplaats als centrale dienstverlener, als spil in het verduurzamen van mobiliteit is een kantelpunt voor zowel de reparatiesector als de industrie. Dit wordt gestimuleerd door nieuwe en aangepaste wetgeving op het gebied van right to repair, ecodesign en end of life vehicles.

Het is daarbij de vraag of de traditionele reman-bedrijven in beeld blijven, of dat er een herinrichting van de reman-sector aanstaande is. De reden: onderdelendistributeurs zetten voor de EV-transitie bijvoorbeeld in op het reviseren en vernieuwen van batterijpakketten. Op Europese schaal zijn LKQ en AAG daar voorbeelden van. Daarnaast ontwikkelen bestaande revisiebedrijven een parallel verdienmodel, zoals Terlouw Dieseltechniek, dat een zusteronderneming heeft opgezet in de vorm van Terlouw E-Mobility. Al die nieuwe verdienmodellen kunnen alleen maar succesvol zijn als ze worden ondersteund door de werkplaatsen.

Beschikbaarheid

De werkplaats als centrale dienstverlener, als spil in het verduurzamen van mobiliteit is een kantelpunt voor zowel de reparatiesector als de industrie. Nieuwe en aangepaste wetgeving op het gebied van right to repair, ecodesign, end of life vehicles, is op komst en in het geval van de Battery Act en de Corporate Sustainability Reporting Directive al in een vergevorderd stadium. Het zal voor de aftermarket-keten de transitie naar een meer duurzame aftersales alleen maar dichterbij brengen. Het autobedrijf zal zich dienen te realiseren dat zij alleen door te investeren (in equipment en kennis) en het maken van keuzes – waaronder het samenwerken met de juiste partners – relevant blijven voor hun werkplaatsklanten. Over die partners gesproken, die zullen naast hun tot nu toe reguliere onderdelenvoorraad ook een extra rol moeten zoeken in de beschikbaarheid van circulaire en reman-delen. Dat brengt extra uitdagingen met zich mee ten aanzien van logistiek en garantie. Kortom: van sales naar aftersales met onder een duurzaamheidsparaplu de eisen ten aanzien van repareerbaarheid, circulariteit en remanufacturing is een hele opgave voor de gehele aftermarket-keten. Niet alleen voor de werkplaatsen, ook al zijn die met hun op de consument gerichte aftersalesactiviteiten de spin in het web.