De openbare aanklager van Braunschweig heeft de (ex-)topmannen van Volkswagen Hans Dieter Pötsch, Herbert Diess en Martin Winterkorn aangeklaagd voor marktmanipulatie. De aanklacht volgt uit het dieselschandaal dat in 2015 in de VS aan het licht kwam.
De drie wordt verweten dat zij, in tegenstelling tot de wettelijke verplichting, de markt opzettelijk te laat hebben geïnformeerd toen gebleken was dat Volkswagen de testresultaten van zijn dieselmotoren had gemanipuleerd. Daardoor stootten VW-diesels tijdens tests veel minder schadelijke stoffen uit dan tijdens werkelijke autoritten.
Onder de pet
Door schuld te bekennen zou Volkswagen zijn geconfronteerd met schadeclaims en de verplichting tot terugkopen van alle ongeveer 500.000 gemanipuleerde voertuigen die op de Amerikaanse markt waren verkocht. Dit zou volgens de aanklager ongeveer 16 miljard euro hebben gekost. Boetes volgens de Amerikaanse federale wetgeving zouden nog eens 19 miljard dollar hebben bedragen. Tenslotte liep de typegoedkeuring van het modeljaar 2016 gevaar wanneer Volkswagen schuld zou hebben bekend.
Volgens de aanklager heeft de Volkswagen-top er toen bewust voor gekozen om niet alle relevante informatie aan de markt te verstrekken om de beurskoers van Volkswagen te beschermen. Tevens werd getracht de zaak met de Amerikaanse autoriteiten te schikken. Gesproken werd toen ook van ‘technische problemen’ in plaats van fraude.
De aanklager stelt dat Martin Winterkorn uiterlijk in mei 2015, Pötsch sinds 29 juni 2015 en Diess sinds 27 juli 2015 volledige kennis hadden van de feiten, die pas op 18 september 2015 openbaar werden in de Amerikaanse ‘Notice of violation’.