Verzekeraars leiden al jaren verlies op autoverzekeringen en het verzekeren van grotere wagenparken, daar willen sommige verzekeraars al helemaal niet meer aan beginnen. Automotive Insiders organiseerde op 9 december een webinar waarin het probleem van de verzekerbaarheid van wagenparken werd gedefinieerd.

Het webinar was het eerste evenement van Automotive Insiders voor de nieuwe eigenaar Promedia en een voorbereiding op het evenement van 31 maart aanstaande, waar ook nadrukkelijk de oplossingen voor dit probleem aan de orde zullen komen.

Zakelijker, elektrischer, complexer

Onderzoeker Arno Onink trapte het webinar af met een samenvatting van drie eerder gepubliceerde rapporten over het wagenpark in Nederland. Dat wordt groter, ouder, zakelijker, elektrischer en complexer. Met name die laatste drie trends zijn van belang voor de verzekerbaarheid van wagenparken, aldus Arno Onink.

Mede door de groei van private lease, waarbij de gebruiker particulier is, maar schade en onderhoud zakelijk worden aangeboden, wordt de verzekerbaarheid van het wagenpark ook voor de particuliere sector een issue. Door de elektrische aandrijving worden auto’s zwaarder en trekken ze net zo snel op als een Ferrari, met een hogere kans op schade als gevolg. Ook het complexer worden van het wagenpark speelt een rol bij de verzekerbaarheid ervan, want dankzij complexe systemen als ADAS wordt er weliswaar minder schade gereden, maar als er dan schade wordt gereden, zijn de kosten hoog.

Schadelast

Iemand die daar zeker meer te maken heeft, is Susanne van Dongen, bij Alphabet verantwoordelijk voor de afdeling Insurance & Accident Management. Alphabet heeft zo’n 80.000 voornamelijk personenauto’s in beheer, waarvan zo’n 20 procent op de een of andere manier elektrisch is. Van Dongen wijst erop dat het niet alleen een kwestie is van een lagere schadefrequentie die mogelijk de hogere schadelast per incident compenseert. Het gaat ook om langere doorlooptijden, waardoor je onder meer voor langere tijd vervangend vervoer nodig hebt.

Dat de schadelast per incident toeneemt, als gevolg van de trends die Arno Onink al schetste, heeft voor het acceptatiebeleid van Alphabet nog geen gevolgen. Susanne van Dongen: “We differentiëren wel. Bij een kleinere auto, met een kleinere impact bij schade, hoort een andere prijs.”

Wat Alphabet dan ook doet, is berijders van elektrische auto’s vooraf advies geven over elektrisch rijden. Daarnaast volgt Alphabet de ontwikkeling van de schadelast op de voet. Dat wordt wel bemoeilijkt, omdat 2020 vanwege de coronacrisis geen goed beeld geeft van de schadelast door elektrische auto’s die eind 2019 zijn ingestroomd. “Als we zien dat een klant zijn wagenpark snel elektrificeert, dan gaan we daarmee in gesprek en geven we daar adviezen over. Ook voor de klant is het van belang dat de schadelast onder controle blijft: voor het welzijn van het personeel en als onderdeel van goed werkgeverschap.”

Veiligheid

Voor de verzekerbaarheid van particuliere auto’s kijkt verzekeringsmaatschappij Inshared naar de zakelijke markt, maar de elektrificatie van het particuliere wagenpark is nog nauwelijks op gang gekomen, “vanwege het ontbreken van fiscale voordelen, in combinatie met een hoge cataloguswaarde”, aldus Niels Neessen, marketing- en salesmanager van Inshared. “Dat geeft wel de tijd om de veiligheidssystemen te verbeteren, waarmee op termijn de toename van de schadelast wellicht wat minder groot wordt.”

Dat steeds meer ouderen autorijden, beïnvloedt de schadelast nauwelijks, aldus Niels Neessen. “Het zijn eerder andere zaken, die ook in het zakelijke segment spelen, als het gebruik van de telefoon in de auto. En ADAS maken dat de berijder zich vaak veiliger voelt dan hij daadwerkelijk is. Daar zitten risico’s van overschatting aan vast.”

Solidariteit

Wat betreft het betaalbaar houden van schadeherstel ziet Inshared niets in de sturing van autofabrikanten naar een eigen netwerk, maar wel in schadesturing door de verzekeraar. Niels Neessen: “Dan gaan wij namens de groep afspraken maken die voor de verzekerde leiden tot goedkoper schadeherstel en dat zien wij als een belangrijke rol voor de verzekeraar in het betaalbaar houden van schadeherstel.”

Niet alleen voor zijn eigen werkgever, maar over het algemeen denkt Niels Neesen dat verzekeraars op dit moment een faire prijs betalen voor schadeherstel. “Ook in vergelijking met andere landen in Europa. Individueel zijn er wel verschillen tussen verzekeraars, in kosten die ze maken en de premie die ze in rekening brengen, ofwel: hoe duur is het bedrijf zelf? Ook de individuele risico’s worden heel verschillend geprijsd. Bij de een weegt het solidariteitsbeginsel, dat natuurlijk in de kern van verzekeringen zit, het zwaarst, de ander zit wat scherper op de risico’s van een bepaalde groep. Met name voor jongeren, die ook nog een paar andere financiële uitdagingen hebben, is dat wel spannend.”

Foto boven: Het webinar over de verzekerbaarheid van wagenparken diende als voorbereiding op een groter evenement over dit onderwerp.