In 1974 kwam ik van de mts af met een diploma autotechniek. In dat jaar werden de Citroën CX, de Audi 50, de Ford Capri Mark II en de DAF 66 geïntroduceerd, auto’s waar je op zaterdag nog gewoon zelf aan kon sleutelen.

Het was ook het jaar waarin voor het eerst  de synthetische motorolie Mobil 1 leverbaar werd. Voor de DAF 66 was een multigrade 10W30 het juiste advies, voor de Ford Capri een 20W40 of 20W50. Je werd in die jaren geadviseerd om iedere drie maanden of iedere vijfduizend kilometer de olie te laten verversen. Er zijn vast werkplaatschefs of oliefilterleveranciers die nog wel eens dromen van deze tijden.

0W

45 jaar later wordt er een standaard 0W8 olie geïntroduceerd voor onder andere Toyota. Ford zal nog dit jaar voor nieuw te produceren modellen een 0W12 of 0W16 motorolie voorschrijven. Zulke olietypen waren in 1974 ondenkbaar. Je kon toen sowieso met weinig olietypen zo’n beetje het hele wagenpark in je regio onderhouden. Nu schrijven autofabrikanten maatwerk oliën voor. Merken als Volkswagen, Mercedes, BMW, Ford en PSA hebben allemaal hun eigen, specifieke eisen aan motorolie.

Oliewissel

Die ultradunne oliën zijn voor werkplaatsmanagers iets om serieus blij van te worden. De afgelopen jaren zijn de onderhoudsintervallen steeds langer geworden. Om de dertigduizend kilometer een oliewissel is prima te doen tegenwoordig. De olieplas wordt daardoor langzaam kleiner. Daarbij komt de onzekerheid over de werkplaatsmarges op de lange termijn wanneer de elektrische auto in de werkplaats zijn intrede doet. Dat gaat immers gepaard met een daling van de olie-omzet.

Verdamping

De speciale chemische eigenschappen van deze oliën zorgen ervoor dat met weinig additieven toch een optimale smerende en koelende prestatie wordt geleverd. En dat is goed nieuws voor de werkplaats, want deze oliën verdampen vrij makkelijk. Ze zijn zo dun als water en verdampen – ook op voorraad – net zo makkelijk als whisky. Het wordt voor de berijder en vooral voor de sensoren in de auto belangrijk om het olieniveau continu in de gaten te houden. Bijvullen wordt weer iets van alledag. Autofabrikanten zien hierin natuurlijk weer kansen voor de connected car en connected klant. Iedere maand even over the air communiceren dat het oliepeil nog in orde is. Of even een oproepje doen dat een (gratis) bijvulbezoekje aan de dealer/autobedrijf moet worden ingepland. Na 45 jaar zijn we wat olie verversen en bijvullen weer terug in 1974. Mooie tijden waren dat! Deze column is ook te lezen in nummer 2 van Aftersales Magazine, dat vrijdag 22 februari is verschenen.