Ook in zijn laatste maanden als voorzitter van RAI Aftermarket blijft Johan van der Hoeven de gedreven voorman die opkomt voor de belangen van zijn leden. “Die toekomst van onze leden wordt bepaald met het betaalbaar houden van automobiliteit.” Een gesprek over de complexe dossiers die Van der Hoeven onder zijn hoede heeft.

Ondanks de gestegen lonen, ervaren consumenten een grotere druk op hun portemonnee. Dat zal meer en meer hun mobiliteitskeuze gaan beïnvloeden. De auto is daarbij heilig, maar zal op termijn niet meer de vanzelfsprekende keuze voor iedereen zijn. Als de leden van RAI Aftermarket op 11 december 2025 een nieuwe voorzitter kiezen, zal ook deze man, of vrouw, zich moeten beseffen dat hun toekomst in handen ligt van de consument. Van der Hoeven: “Alleen als we branchebreed beseffen dat niet wij met onze ondernemingen en onze technologische hoogstandjes de toekomst van de sector bepalen, maar de consument die zijn (werkplaats)rekening kan en wil voldoen, is er mogelijk een basis om echt aan betaalbare mobiliteit te werken.”

Onlangs verscheen de contourenbrief mobiliteit van onze demissionaire regering, een ambtelijke denkrichting die ook een nieuw kabinet ongetwijfeld zal omarmen. Wat vind je van de voorgestelde fiscale plannen?
“We zien dat de overheid moeite heeft haar budget rond te krijgen. Helaas is de auto daarbij een makkelijke geldbron. We weten allemaal dat er via de auto meer geld in de schatkist vloeit dan er wordt geïnvesteerd in automobiliteit. Die afhankelijkheid van de inkomsten uit automobiliteit blijkt ook uit de recente contourenbrief van het Ministerie van Financiën. Voorbeelden zijn maatregelen als betalen naar gebruik, wegenbelasting op basis van oppervlakte in plaats van gewicht en de registratiebelasting voor nieuwe auto’s en occasions ter vervanging van de MRB. Overigens kijk ik, net als onze collega’s van de mobiliteitscoalitie (ANWB, BOVAG, Natuur & Milieu, RAI Vereniging en VNA, red.) positief naar die contourenbrief, omdat die ook een bepaalde mate van zekerheid voor de langere termijn geeft.”

In die contourenbrief gaat het niet om auto’s alleen.
“Uiteraard moet je mobiliteit in brede zin zien. Ook een goed functionerend en betaalbaar OV is belangrijk voor de BV Nederland. Een goede infrastructuur voor tweewielers eveneens, net als micromobiliteit. Wel heeft de eigen auto bij de meeste consumenten en zakelijke gebruikers nog vaak prioriteit. Voor velen is de auto ook nog eens het ultieme statussymbool. We hebben in ons land een wagenpark van 10,2 miljoen personen- en bestelauto’s en dat aantal neemt nog steeds toe, ook al staat de betaalbaarheid onder druk. Daar moeten we op acteren.”

Zo worden nieuwe auto’s steeds duurder, niet in de laatste plaats door de EV-transitie.
“Natuurlijk, wat wordt er niet duurder? Ons fiscale regime maakt auto’s relatief duur in vergelijking tot de landen om ons heen. Mede daardoor floreert de occasionhandel in ons land. Tegelijkertijd wordt het wagenpark ouder. Dat is in de basis goed nieuws voor de aftermarket en de aftersalesactiviteiten. De vraag die wij ons stellen bij RAI Aftermarket is: hoe lang blijft dit zo doorgaan?”

Retailers van nieuwe auto’s framen dat ouder wordende wagenpark graag als een probleem.
“Ons zogenaamd oude wagenpark is toevallig wel het best onderhouden wagenpark van Europa. Dat komt natuurlijk mede door ons apk-regime. Het is het autobedrijf dat de apk uitvoert, waardoor de consument de apk vaak koppelt aan een onderhoudsbeurt. We zijn daar in de EU uniek in, al gaan onze Vlaamse buren ook starten met een apk bij het autobedrijf. Binnen de EU is het streven naar een uniforme aanpak van de apk, wat betekent dat keuringsinstanties de apk zouden moeten uitvoeren en niet het autobedrijf. Samen met BOVAG geven we als RAI Aftermarket tegengas, want we willen het Nederlandse apk-regime graag behouden.”

Door kunstmatige intelligentie en connectiviteit, zullen over the air functionaliteiten verder toenemen, en de opkomst van software defined vehicles (SDV’s) zal die trend versnellen.

We hebben in Nederland ook problemen met betaalbare woningen en betaalbare gezondheidszorg. Hoe hou je de maximale aandacht op betaalbare en duurzame mobiliteit gericht?
“Iedere sector strijdt voor de belangen van zijn leden, maar weegt ook de maatschappelijke impact af. Nogmaals, betaalbare mobiliteit is van groot belang om ons land draaiende te houden. Dat moeten wij continu onder de aandacht brengen, want natuurlijk zijn er meer dossiers die een groot maatschappelijk belang hebben.”

Dat is mooi, maar de consument ziet ondanks een gestegen salaris, steeds vaker en eerder de bodem van de portemonnee, al weet die consument heel goed dat autobezit niet gratis is.
“Er is de afgelopen jaren te weinig aandacht geweest voor de betaalbaarheid van automobiliteit, ten aanzien van de aankoop van een auto, maar zeker ook ten aanzien van het bezit in de vorm van kosten voor reparatie en onderhoud. Toch zou het betaalbaar houden van de automobiliteit de dagelijkse taak, zelfs de strategische basis moeten zijn van de spelers in de Europese aftermarket. Vergeet niet dat die markt vele honderdduizenden kleine en grote ondernemingen telt met miljoenen werknemers. Als aftermarket dragen we in Europa dan ook in belangrijke mate bij aan de economie.”

Waar draait het in de nabije toekomst om als het gaat om de aftermarket en de aftersalesactiviteiten?
“De veiligheid en duurzaamheid van de automobiliteit zijn grotendeels afhankelijk van de mogelijkheid om voertuigen tijdens hun levensduur regelmatig te laten controleren (apk), te onderhouden en wanneer nodig te repareren. Door professionals wel te verstaan, en op korte termijn wellicht deels zelfs door kunstmatige intelligentie, nu over the air competenties onder invloed van connectiviteit en software defined vehicles (SDV’s) toenemen. Alles voor een rijveilige en dus duurzame automobiliteit. Die ontwikkelingen vormen de nieuwe ruggengraat van de aftermarket.”
We weten ook dat de prijs van grondstoffen, energiekosten, geopolitieke spanningen, de arbeidsmarkt, regelgeving en zeker de technologie de kosten hebben doen stijgen.

“Zeker, geen industrie of branche is aan deze trend ontkomen, ook de autosector niet. Iedere schakel – B2B en B2C – in het automotive ecosysteem heeft bijgedragen aan deze ontwikkeling als het om automobiliteit gaat. Onderdelen, software, uurlonen, verzekeringen, certificeringen, diensten van derden… Het zijn maar enkele voorbeelden van componenten die de totaalprijs doen stijgen. Consumenten zijn mede daardoor nog nooit zo duidelijk met het inflatiespook geconfronteerd. Ondanks de toenemende concurrentiedruk op B2B-niveau is het einde van deze ontwikkeling nog niet in zicht. Het is bijna ontmoedigend om te ervaren.”

Daarbij zal ook de toegang tot voertuigdata en de certificering die nodig is om aan de auto vol complexe softwaresystemen te werken een prijskaartje hebben.
“Het gaat op alle fronten om een optelsom van stijgende kosten, of zoals CLEPA-voorman Frank Schlehuber in april dit jaar op het CLEPA-congres stelde: ‘Terwijl onze sector streeft naar betaalbare mobiliteit voor iedereen, zien we dat alle factoren die daar aan bij moeten en kunnen dragen, juist een prijsopdrijvende trend vertonen.’”

Dat rechtvaardigt de vraag of automobiliteit – zeker het eigen autobezit – voor sommige consumenten onbetaalbaar wordt en consumenten dwingt om naar andere vormen van mobiliteit te zoeken.
“In onze moderne maatschappij zal de drang om van A naar B te gaan, altijd blijven. De auto zal daarbij een hoofdrol opeisen. Natuurlijk zullen andere vormen van mobiliteit, het OV voorop, belangrijker worden, zeker voor consumenten voor wie de eigen auto financieel niet langer haalbaar is. Natuurlijk moeten we dat zien te voorkomen, maar dat vergt een brede inzet van alle belanghebbenden in en om de autobranche. Wat daarbij onderbelicht blijft, is dat de auto vaak het enige vervoermiddel is voor mensen in het buitengebied.”

Even een heel andere vraag: schaarste zorgt normaal gesproken voor hogere prijzen. Nu de wachttijden bij de werkplaatsen oplopen, zal de klant daardoor hogere prijzen makkelijker accepteren?
“Nee, ik denk niet dat je zo kunt redeneren. Ten eerste denk ik dat de EV-transitie op termijn tot een daling van het onderhoudsvolume zal leiden. Dat betekent overigens niet dat de onderhoudsfactuur in euro’s lager zal uitvallen. Met name de opbouw van de factuur verandert. Daarnaast zal er door de digitalisering een efficiencyslag komen, zowel bij dealers als bij universele autobedrijven. Verder verwacht ik dat er zelfs een bepaalde prijsdruk kan ontstaan. Niet op de inmiddels flink gestegen uurlonen, maar wel op onderdelen. De hele keten zal hiermee te maken krijgen. Daarbij denk ik dat de complexere auto, de elektrificatie, digitalisering, connectiviteit en de vereiste investeringen in kennis en werkplaatsapparatuur het verdienmodel van met name kleine universele autobedrijven onder druk zal zetten.”

Wat vind je van het toenemende aantal autofabrikanten die op nieuwe auto’s zeven, acht, zelfs tien jaar garantie geven? Zal dat de verhoudingen in de aftersales beïnvloeden?
“Ik denk dat de steeds langere garantietermijnen op nieuwe auto’s aantoont dat de kwaliteit van de auto nog steeds wordt verbeterd. Ik geloof niet dat de consument daardoor langer loyaal blijft aan de dealerwerkplaats. De keuze om te kiezen voor een onafhankelijke werkplaats is van veel meer factoren afhankelijk.”

Eind van dit jaar neem je afscheid als voorzitter van RAI Aftermarket. Welk dossier zal je opvolger stevig moeten omarmen? Wat heeft absolute topprioriteit?
“Dat zal mijn opvolger zelf moeten beslissen. In mijn ogen is de personeelsdruk in de branche een dossier dat maximale aandacht verdient. Dat is al een tijdlang een issue, maar door vergrijzing en de relatief lage instroom van jonge medewerkers zie ik personeelsdruk als een probleem dat alleen maar groter wordt. Het zal de groeimogelijkheden en zelfs de winstgevendheid van onze sector zelfs kunnen beperken.”

Heb je misschien ook een oplossing?
“We zullen moeten werken aan het aantrekkelijk maken van onze branche. Dat begint met het opwaarderen van technische opleidingen. Daarnaast denk ik dat meer richting de techniek gestuurd moet worden. Dat kan door het opleidingsaanbod – met support van de overheid – beter af te stemmen op de vraag uit de markt en opleidingen die daar niet aan appelleren wellicht actief te ontmoedigen. Daarnaast zullen ondernemers meer flexibiliteit moeten tonen als het om de arbeidsvoorwaarden gaat. De huidige generatie jongeren wil niet meer van acht tot vijf werken en zeker geen vijf dagen per week. Jongeren kijken ook naar je manier van werken. Hoe ga je om met duurzaamheidsvraagstukken? Daar kun je wat van vinden, maar als je verder wil met je bedrijf zul je hier toch rekening mee moeten houden.”

Duurzaamheid begint een containerbegrip te worden. Hoe staat RAI Aftermarket in de wedstrijd als het om duurzaamheid gaat?
“We zien dat steeds meer bedrijven en zelfs industrieën hun duurzaamheidsdoelen afschalen. Ik vind dat onverstandig, ook al begrijp ik de keuze soms wel. Bovendien komt dat niet alleen door gewijzigd beleid bij ondernemingen; het heeft ook te maken met de onzekerheid over de aanpak van de overheid. Als autobranche moeten we vasthouden aan de duurzame koers die is ingezet, met reman-delen, recycling natuurlijk én de energietransitie. Dat vraagt eveneens om een verstandig circulair beleid, met het terugwinnen van grondstoffen en het hergebruik van bepaalde, al dan niet gereviseerde onderdelen.”

Heb je tot slot nog een glazenbolmomentje voor ons?
“Kijkend naar de toekomst kan ik in ieder geval zeggen dat zeker tot 2040 een groot deel van de te onderhouden en te repareren personen- en bestelauto’s nog voornamelijk mechanische reparaties en dito onderhoud behoeven. In 2040 zullen er bovendien nog veel auto’s rondrijden met een verbrandingsmotor, want de elektrificatie, zeker bij de particuliere consument, gaat langzaam. Zoals gezegd: het aantal onderhoudsmomenten zal afnemen. Daarnaast zullen softwaresystemen in de auto, aangestuurd door externe partijen, tegen die tijd onze relatie met de werkplaatsklant gaan bepalen. Saai wordt het in ieder geval nooit in onze branche.”

Deel dit artikel op​

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Laatste nieuws
4 september 2025
Betaalbare mobiliteit wordt duurder
3 september 2025
Samenwerking Ayvens en Plugsurfing
3 september 2025
Vakgarage grootste groeier in stagnerende formulemarkt
3 september 2025
1975-2025: EQUIP AUTO, 50 jaar passie
3 september 2025
Crisis is het nieuwe normaal
2 september 2025
1,2 procent meer occasions verkocht in augustus
Meest bekeken berichten
Recente reacties