De Mobiliteitsalliantie, een samenwerkingsverband van 25 partijen, waaronder RAI Vereniging, Bovag en VNA, geeft negen suggesties voor een leefbare en bereikbare gemeente die de veertig grootste gemeenten in Nederland kunnen gebruiken als handvatten bij de vorming van een nieuw college.
Het gaat daarbij volgens de Mobiliteitsalliantie om het maken van toekomstbestendige keuzes. Mobiel blijven is een belangrijke voorwaarde voor het wonen in stedelijke gemeenten. De Mobiliteitsalliantie komt met de volgende negen suggesties om die mobiliteit te bevorderen:
- Houd de spreiding van mobiliteit vast. Tijdens de coronapandemie hebben we immers gezien dat het spreiden van woon-werkverkeer mogelijk is.
- Zorg bij woningbouw voor passende mobiliteit. Dat kan een auto zijn, maar ook gezonde en schone vervoersvormen als lopen, fietsen en het ov.
- Investeer in verkeersveilige mobilitiet. Daarbij daarbij aan de inrichting van de straat, maar ook aan gerichte voorlichting en training aan ouderen, die steeds langer actief blijven in het verkeer.
- Investeer in mobiliteitshubs voor personen en goederen en zet in op MaaS. Dit doorbreekt de traditionele reis met één vervoermiddel van deur tot deur, maar zet in op het op elkaar laten aansluiten van verschillende vervoersmogelijkheden.
- Mobiliteit is voor iedereen. Gemeenten kunnen meer doen om te zorgen dat er voor iedereen passende mobiliteit is, bijvoorbeeld door mensen met een kleine portemonnee een gereduceerd tarief voor het ov te bieden.
- Benut de ontwikkeling naar nulemissievervoer. Dit voorziet onder meer in de aanleg van laadinfrastructuur, maar ook in de mogelijkheden om voertuigen energie terug te laten leveren aan het net.
- Maak gebruik van nieuwe technieken voor een optimaal verkeersmanagement. Het gebruik van voertuigdata en connectiviteit met de omgeving staan hierbij centraal.
- Ga in gesprek over het ov van de toekomst. Juist wanneer de ruimte schaars is, is goed ov van groot belang.
- Investeer in beheer en onderhoud en in een aantrekkelijke openbare ruimte. Er kan niet langer bezuinigd worden op beheer en onderhoud van lokale wegen, fietspaden en bruggen.