Directeur Marga de Jager van ANWB was eind maart te gast bij zakenzender BNR. Daarin kwam de in 2022 gepresenteerde Mobiliteitsvisie 2050 nog eens ter sprake. In 2024 staat die visie nog recht overeind, bleek uit het gesprek. Belangrijk voor onze aftersalessector: in 2050 zal de auto nog steeds de dominante factor zijn als het om personenmobiliteit gaat. En dat zullen voor een groot deel personenauto’s met een brandstofmotor zijn.
ANWB gaat ervan uit dat het wagenpark aan personenauto’s de komende zes jaar nog met een miljoen voertuigen zal toenemen. Daarbij lijkt het erop dat het aandeel EV’s minder snel toeneemt. De overheidsdoelstelling van 1,9 miljoen EV’s in 2030 is niet haalbaar meer. (Zacht gejuich vanuit de aftermarket.) Oude verdienmodellen blijven overeind en dan moeten de Europese verkiezingen nog komen. Verwacht wordt, en deels gehoopt, dat vergroening en elektrificatie in een lager tempo zullen verlopen. Of dat wishful thinking is, zal medio juni blijken.
In de aanloop naar een nieuw Europees Parlement en een nieuwe Europese Commissie is de autosector – retail en producenten – relatief somber gestemd over de toekomst. Uit een notitie van ABN Amro blijkt, op basis van CBS-informatie, dat de Nederlandse autoretail minder vertrouwen in de nabije toekomst heeft dan andere sectoren. Uit het Global Automotive Executive Survey, het jaarlijkse onderzoek van KPMG, blijkt dat ook de Europese managers aan het somberen zijn. Slechts een kwart is optimistisch gestemd en verwacht een winstgevende groei voor de komende vijf jaar.
Hoewel Europees is bepaald dat in 2035 nieuw verkochte auto’s alleen nog maar elektrisch mogen zijn, verwachten leidinggevenden in de auto-industrie dat nog in 2030 slechts 30 procent van de nieuwverkopen in Europa een batterij-elektrisch voertuig zal betreffen. Tegelijkertijd zijn zij sceptisch over het bereiken van het punt waarop elektrische en brandstofauto’s onderaan de streep even duur zijn. Europese autofabrikanten krijgen daarnaast concurrentie van Chinese en Amerikaanse EV’s. Het helpt hun vertrouwen in een succesvolle toekomst niet. Het is de vraag hoe traditionele auto- en onderdelenfabrikanten omgaan met die dreigende verstoring. Mogelijk komen er desinvesteringen, overnames en samenwerkingen met Big Tech en anderen.
In de tussentijd sleutelen wij in onze werkplaatsen rustig door aan auto’s uit het immer ouder wordende wagenpark, waar benzine de overhand heeft. Ik doe dus niet mee aan het somberen, maar blijf wel goed opletten hoe de wind waait, of draait de komende jaren.